Beoordelingswoorden recensie

Welkom bij Nederlands!
START:
Pak je boek, schrift & pen. Berg je mobieltje op.

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!
START:
Pak je boek, schrift & pen. Berg je mobieltje op.

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Info
  • Uitleg
  • ZS: Recensie schrijven
  • ZF: Recensie schrijven
  • Nakijken
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide



Info

Volgende week is de boektoets.

Daarom oefenen we vandaag door een recensie te schrijven over iets dat je van huis hebt meegenomen.


Dit doen we in een paar fasen.


Vandaag
  • Info
  • Uitleg 
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide



Lesdoel

Aan het eind van deze les...

- ...kun je vijf beoordelingswoorden noemen.

- ...kun je uitleggen wat een recensie is.

Vandaag
  • Info
  • Uitleg 
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide



Werkwijze vandaag

We doen het in verschillende stappen.


1. We gaan praten over wat we mee hebben genomen. Doel: beoordelingswoorden bedenken.

2. We schrijven een stuk tekst over dat ding dat je hebt meegenomen.

3. We kijken het na.

Vandaag
  • Info
  • Uitleg 
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide



Aan de slag!
Vandaag
  • Info

  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting
Stap 1: je vertelt aan je groepje wat je hebt meegenomen en je legt uit wat je er goed of slecht aan vind. 

Help elkaar met goede beoordelingswoorden vinden!
Spiek op het bord :-)


Slide 6 - Tekstslide



Beoordelingswoorden
Vandaag
  • Info

  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 7 - Tekstslide



ZS
  • Je werkt voor jezelf en in stilte.
  • Je weet wat je moet doen.

Je schrijft je recensie.
Je moet twee beoordelingswoorden gebruiken en uitleggen. Geef in elk geval één voordeel en één nadeel met uitleg. Geef ook een aantal sterren. 
Let op: gebruik alinea's & een leuke titel!
100 woorden!






Vandaag
  • Info

  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 8 - Tekstslide



ZF
  • Je werkt voor jezelf.
  • Je mag fluisterend overleggen met elkaar.
  • Je weet wat je moet doen.


Je schrijft je recensie.
Je moet twee beoordelingswoorden gebruiken en uitleggen. Geef in elk geval één voordeel en één nadeel met uitleg. Geef ook een aantal sterren.
Let op: gebruik alinea's & een leuke titel!
100 woorden!





Vandaag
  • Info

  • Uitleg
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 9 - Tekstslide



Nakijken
Lees de tekst van de buurman/vrouw!

Check:
- Twee beoordelingswoorden?
- Uitleg over mening?
- Leuke titel?
- Alinea's gebruikt?
Vandaag
  • Info
  • Uitleg 
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 10 - Tekstslide



Lesdoel

Aan het eind van deze les...

- ...kun je vijf beoordelingswoorden noemen.

- ...kun je uitleggen wat een recensie is.

Vandaag
  • Info
  • Uitleg 
  • ZS
  • ZF
  • Afsluiting

Slide 11 - Tekstslide

Afsluiting

Huiswerk: Bereid je voor op de boektoets.

Slide 12 - Tekstslide

Met of zonder hoofdletter?
A
Maaike
B
maaike

Slide 13 - Quizvraag

Met of zonder hoofdletter?
A
Pasen
B
pasen

Slide 14 - Quizvraag

Met of zonder hoofdletter?
A
maandag
B
Maandag

Slide 15 - Quizvraag

Met of zonder hoofdletter?
A
aardrijkskunde
B
Aardrijkskunde

Slide 16 - Quizvraag

Met of zonder hoofdletter?
A
December
B
december

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord heeft géén hoofdletter?
A
Maastricht
B
Juli
C
Tim
D
Pasen

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord heeft geen hoofdletter?
A
Engels
B
Amsterdamse
C
Noorden
D
Peugeot

Slide 19 - Quizvraag

Met of zonder hoofdletter?
A
koningin maxima
B
Koningin maxima
C
Koningin Maxima
D
koningin Maxima

Slide 20 - Quizvraag

Alle leerlingen van de Dean Academy in Engeland kregen plotseling vrij.
alle (woordsoort)
A
bepaald rangtelwoord
B
onbepaald hoofdtelwoord
C
bepaald hoofdtelwoord
D
onbepaald rangtelwoord

Slide 21 - Quizvraag

Het 6e lesuur zijn wij vrij.
wat is 6e?
A
telwoord
B
rangtelwoord
C
onbepaald telwoord
D
bepaald telwoord

Slide 22 - Quizvraag

Hoe noem je
"tweede - tachtigste - honderdste"?
A
telwoord
B
rangtelwoord
C
voorzetsel
D
voegwoord

Slide 23 - Quizvraag

3. Twee derde van mijn klas haalde voor die toets een cijfer hoger dan een voldoende.
A
Twee derde = bepaald hoofdtelwoord
B
Twee derde = bepaald rangtelwoord

Slide 24 - Quizvraag

Genoemde zaken zijn elkaars tegenovergestelde
A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 25 - Quizvraag

Genoemde zaken worden achter elkaar opgesomd
A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 26 - Quizvraag

Gebeurtenissen worden in een bepaalde tijdsvolgorde genoemd
A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 27 - Quizvraag

Daarna, vervolgens, intussen, 2017, nu, eerst, vroeger, acht uur ...
Signaalwoorden horen bij:

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 28 - Quizvraag

Ten eerste, ten tweede, verder, ook, ten slotte, om te beginnen, 1, 2, 3, ...
Signaalwoorden horen bij:

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 29 - Quizvraag

Maar, hoewel, echter, toch, aan de ene kant, aan de andere kant, tegenover, ...
Signaalwoorden horen bij:

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 30 - Quizvraag

We begonnen met een handjevol mensen. Daarna meldden zich een aantal vrijwilligers. Nu is ons gebouw al te klein.

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 31 - Quizvraag

We hebben Jan de Ried aangenomen vanwege zijn kennis van de markt. Daarnaast heeft hij ruime ervaring als leidinggevende.

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 32 - Quizvraag

Ik ben van mening dat we met dit product moeten stoppen, maar daar denkt mijn zakenpartner anders over.

A
chronologisch verband
B
tegenstellend verband
C
opsommend verband

Slide 33 - Quizvraag