Woordenschat Quiz_Nieuwsbegrip les_(Woensdag)

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
1. Woordenschat quiz
2. Nieuwsbegrip video kijken
3. Stemmen over stelling
4. Zelfstandig werken + boeken uitlenen. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

1. Welk moeilijk woord hoort bij deze betekenis:
'In staat zijn van'
A
Prepareren
B
Verkeren
C
Binden
D
Bedriegen

Slide 5 - Quizvraag

Voorbeeld
Zij verkeert in levensgevaar na het fietsongeluk. 

Slide 6 - Tekstslide

2. Welk moeilijk woord hoort bij deze betekenis: "alleen bezig zijn met je eigen omgeving'
A
De levensloop
B
De era
C
In een bubbel zitten
D
In een woonhuis zitten

Slide 7 - Quizvraag

3. Welk woord past in de zin?
Ik kan niet tegen mensen die liegen, stelen en ..... .
A
Binden
B
Verkeren
C
Bedriegen
D
Kermen

Slide 8 - Quizvraag

4. Welk woord past in de zin:
..... in het land gelegen, goed bereikbaar met trein en auto!
A
Legendarisch
B
Centraal
C
Bedrieglijk
D
Verkerend

Slide 9 - Quizvraag

5. Welk moeilijk woord past bij de betekenis:
"geluiden maken van pijn of verdriet'
A
Bedreigen
B
Huilen
C
Kermen
D
Overdrijven

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel vragen had je goed?
1
2
3
4
5

Slide 11 - Poll

Deel 2: Lesdoel
Je kunt een onderbouwde mening geven over een stelling en deze mening verwerken in een overtuigende tekst.

Slide 12 - Tekstslide

Hoe heet dit gebouw? Hoe heet iemand die hier werkt?

Slide 13 - Tekstslide

Wat weet jij over molens?

Slide 14 - Woordweb

Slide 15 - Video

Stelling: het beroep van molenaar is te ouderwets voor jonge mensen.
Eens, het is te ouderwets.
Oneens, het is een gaaf beroep.

Slide 16 - Poll

Deel 3. Schrijfopdracht 
Wat?
Je schrijft een tekst waarin je je mening geeft over het molenaarsberoep a.d.h.v. argumenten.
Dit doe je in een Word-document.
Hoe?
Lees het Nieuwsbegrip opdrachtenblad voor meer uitleg.
Gebruik 4 argumenten die je mening onderbouwen. (ISK leerlingen: 2 argumenten)
Inleveren
Je levert de opdracht a.s. vrijdag eind van de les in via Magister. Opdracht staat op een SO-cijfer.

Slide 17 - Tekstslide

Hoe begin ik mijn tekst?
Mijn mening is dat ik het oneens ben met de stelling (....).

Ten eerste heb ik als argument dat ......
Ten tweede heb ik als argument dat......
Ten derde heb ik als argument dat....
Tenslotte is mijn laatste argument....

Samengevat: ik ben het dus wel/niet eens met de stelling. 

Slide 18 - Tekstslide

Correctiemodel

Slide 19 - Tekstslide

Goede voorbeelden

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide