Koolwaterstoffen (3) Covalentie en bindingen

Bindingen, covalentie en alkanen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bindingen, covalentie en alkanen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- covalentie in eigen woorden uit kunnen leggen
- structuurformules kunnen tekenen
- Alkanen kunnen benoemen

Slide 2 - Tekstslide

Covalentie: octetregel

Slide 3 - Tekstslide

Bohr (1913)

Slide 4 - Tekstslide

Covalentie
Gemeenschappelijk elektronenpaar:

Slide 5 - Tekstslide

Covalentie
Het aantal bindingen dat een atoomsoort kan maken, noemen we covalentie. Een binding geven we weer met een streepje. 
De covalentie van H is 1. De covalentie van C is 4. 


Slide 6 - Tekstslide

Covalentie (periodiek systeem)

Slide 7 - Tekstslide

Ezelsbruggetje Covalentie
H     covalentie 1

O     covalentie 2

N    covalentie 3

C     covalentie 4

Slide 8 - Tekstslide

Structuurformules
  • Met een tekening laat je zien hoe een molecuul is opgebouwd. 
  • Moet voldoen aan covalentie! 
  • Puzzeltje
  • Van water buiging weten!


Slide 9 - Tekstslide

Dubbele bindingen

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht: teken in je schrift de structuurformule van:
methaanzuur: HCOOH
timer
1:30

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide


Opdracht: teken in je schrift de structuurformule van:
waterstofcyanide of blauwzuurgas: CNH
timer
1:30

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Alkanen

Slide 15 - Tekstslide

Een alkaan met 5 koolstofatomen heet:
A
pentaan
B
ethaan
C
butaan
D
propaan

Slide 16 - Quizvraag

een alkaan met 6 koolstof-atomen heet
A
butaan
B
hexaan
C
heptaan
D
propaan

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de molecuulformule van een alkaan met 33 koolstof-atomen?
A
C33H66
B
C33H67
C
C33H68
D
C33H33

Slide 18 - Quizvraag


Geef aan welk alkaan in de afbeelding te zien is.
A
Methaan
B
Propaan
C
Pentaan
D
Nonaan

Slide 19 - Quizvraag

wat is de algemene formule
voor een alkaan?
A
CnH2+2
B
CH2n+2
C
CnH2n+2
D
CnHn+2

Slide 20 - Quizvraag

Een alkaan met 4 koolstofatomen heet:
A
pentaan
B
ethaan
C
butaan
D
propaan

Slide 21 - Quizvraag

Leerdoelen gehaald?
- covalentie in eigen woorden uit kunnen leggen
- structuurformules kunnen tekenen
- Alkanen kunnen benoemen

Slide 22 - Tekstslide

Huiswerk:
Lees in de module t/m blz 30

Slide 23 - Tekstslide