oefenen H5 gelijkvormigheid

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

oefenen

Zet in de tabel de zijden die overeenkomstig zijn onder elkaar.

ABC

CDE

AB

BC

AC

CE

CD

DE

Zijn deze driehoeken

gelijkvormig?

1. Ja
2. Nee
3. Kun je niet zeggen
4. Ik weet niet

Zijn deze driehoeken
gelijkvormig?

1. ja
2. nee
4. geen idee

Wanneer zijn twee driehoeken gelijkvormig?
Roel: De overeenkomstige hoeken zijn even groot
Olivia: De overeenkomstige zijden zijn met dezelfde factor vermenigvuldigd
Wie heeft gelijk?

1. Roel
2. Olivia
3. Beide
4. Geen van beide

De overeenkomstige
zijde van AE is ...

1. AC
2. DE
3. AD
4. BC

Schrijf de overeenkomstige zijden op.

Wat is de overeenkomstige zijde van AC?

Wat is de factor tussen deze twee gelijkvormige figuren?

1. 2,25
2. 2
3. 0,67
4. 0,5

Welke zijde van driehoek
DEF is de overeenkomstige
zijde van AB?

1. EF
2. Hoek D
3. DE
4. DF

Wat zijn de overeenkomstige zijden van zijde BC?

Wat is gelijkvormigheid?

1. Het beeld en het origineel hebben dezelfde vorm.
2. De maten van het beeld zijn allemaal met dezelfde vergrotingsfactor vergroot.

Leg uit of de schaduwen zijn ontstaan door zonlicht of door het licht
van een lantaarnpaal.

De lichtstralen (rode lijnen) lopen evenwijdig, dus zijn de schaduwen

ontstaan door zonlicht.

Zijn deze driehoeken
gelijkvormig?

1. ja
2. nee
4. geen idee

ABC is gelijkvormig met
DEF. Met welke factor
moet je ABC vergroten om DEF te krijgen?

1. 0,6
2. 1,25
3. 1,3
4. 1,5

Welke zijde is dan de overeenkomstige zijde van CE?

Zijn deze driehoeken
gelijkvormig?

1. ja
2. nee
4. geen idee

Driehoek KLM is gelijkvormig met

Wat is de
overeenkomstige
zijde van zijde EF?

1. DE
2. AB
3. BC
4. AC

Zijn deze vierhoeken
gelijkvormig?

1. ja
2. nee

Driehoek PQR is gelijkvormig aan ...

Wat is de
overeenkomstige
zijde van zijde FE?

1. DE
2. AB
3. BC
4. AC

1.

2.

3.

4.

5.

Zet de stappen in de juiste volgorde voor het berekenen van een zijde bij gelijkvormige driehoeken

Teken de figuren op dezelfde manier naast elkaar. De kleinste figuur links.

Kleur de zijden die bij elkaar horen in linker en rechter figuur.

Bereken de factor

Zet de factor met pijlen in de figuur erbij

Bereken de onbekende zijde.

zijn deze driehoeken gelijkvormig?

1. ja
2. nee

Wat is de overeenkomstige zijde van PQ?

Sleep de zijde naar de overeenkomstige zijde 

AB

BC

AC

De Eiffeltoren is in werkelijkheid
300 m hoog. De gelijkvormige sleutelhanger is 6 cm.
Wat is de factor?

1. 0,02
2. 50
3. 500
4. 5000

Zijn deze driehoeken gelijkvormig?

1. Ja
2. Nee