Fictie (schrijven)

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Leerdoelen

Je kent de basisingrediënten van een verhaal;

Je kunt het toepassen op een eigen verhaal.

Herhaling van de basisingrediënten

Het verhaal stap voor stap

Fantasie, creativiteit en toepassen

De pen van de auteur

Afsluiting

Onderwerp en thema

Setting

Introductie personage 1

Introductie personage 2

Conflict

Oplossing en einde

Basisingrediënten van het verhaal

Onderwerp en thema

Het verhaal gaat ergens over

en het verhaal gaat ergens om

Wat wil jij met jouw verhaal vertellen?

Setting

• Plaats (Bijvoorbeeld in Leeuwarden)
• Tijd (Ochtend, middag, avond)
  
• Omgeving (Hoe ziet de omgeving eruit?)
• Het weer (Wat voor weer is het?)

Nog geen personage benoemen of beschrijven.

Introductie personage 1

• Wie is het personage (Bijvoorbeeld een mens, sprookjesfiguur of dier)
• Hoe heet het personage (Bijvoobeeld Kjeld, Niels, Evelien)
  
• Hoe ziet het personage eruit (Lang, blond, groene ogen)
• Noem een karaktereigenschap. (bedachtzaam, verlegen, druk, arrogant, ...)
  

Introductie personage 2

• Wie is het personage (Bijvoorbeeld een mens, sprookjesfiguur of dier)
• Hoe heet het personage (Bijvoobeeld Floor, Elon, Yvonne)
  
• Hoe ziet het personage eruit (Lang, blond, groene ogen)
• Wat is personage 2 van personage 1 (Vriend, vijand, geliefde ...)

Conflict

• Beschrijf het probleem 
• Uiterlijk conflict: botsing met andere verhaalpersonages
• Innerlijk conflict: persoonlijke problemen of moeilijke keuzes
  
• Het conflict kan alles zijn, dus denk breed!

Oplossing en einde

• Je krijgt nu verschillende kaartjes met de ingrediënten 
• Je werkt het verhaal dat je nu voor je hebt uit.
• Zorg voor een beginscène, gebruik de beide personages, pas de setting goed toe, vergeet het conflict niet.
  
• Beschrijf hoe het conflict afloopt
• Sluit het verhaal af, dus geen open einde

Let op: je krijgt verplichte woorden via de spinner. Iedere 3 minuten komt er een woord dat je direct moet toepassen.

Nabespreken

• Lees het verhaal van een andere leerling
  
• Zit alles in het verhaal verwerkt?
• Setting, personage 1, personage 2, conflict en een oplossing