Toets De Wereld in Handen
1 / 54
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Uit welke drie landen bestond rond 1500 de Nederlanden?
Slide 2 - Open vraag
Het noordelijke gedeelte van de Nederland werd in 1648, de...
Slide 3 - Open vraag
De rijke families bestuurden de gewesten. Hoe werden zij ook wel genoemd?
Slide 4 - Open vraag
Alle regenten woonden in Den Haag.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quizvraag
De Staten-Generaal vergaderde in Den Haag.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
500 - 1000
1000-1500
Monniken en Ridders
Steden en Staten
Ontdekkers en hervormers
Regenten en vorsten
1500-1600
1600-1700
Middeleeuwen
Reformatie
Gouden Eeuw
Slide 7 - Sleepvraag
De handel zorgde voor ... in de landbouw.
A
armoede
B
werkgelegenheid
Slide 8 - Quizvraag
Er waren... erg rijke handelaren.
A
veel
B
enkele
Slide 9 - Quizvraag
Ongeveer... procent van de mensen leefden in armoede.
A
5
B
15
C
50
D
80
Slide 10 - Quizvraag
In de 17e eeuw werden veel meren drooggemalen.
Waarvoor werd de nieuwe grond gebruikt?
Waarvoor werd de nieuwe grond gebruikt?
Slide 11 - Open vraag
In de 17e eeuw groeiden de steden. Wat was de oorzaak?
A
Er was veel werk
B
Er was meer voedsel nodig
Slide 12 - Quizvraag
In de 17e eeuw groeiden de steden. Wat was het gevolg?
A
Er was veel werk
B
Er was meer voedsel nodig
Slide 13 - Quizvraag
Aan de grachtengordel stonden huisjes voor de armen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quizvraag
De grachtengordel is in een drooggelegd meer gebouwd
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quizvraag
Op luchtfoto’s kun je de grachtengordel herkennen aan de halfronde vorm.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quizvraag
In de Gouden Eeuw
daalde het aantal inwoners van de Republiek.
daalde het aantal inwoners van de Republiek.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quizvraag
In de Gouden Eeuw
waren alle mensen in de Republiek rijk.
waren alle mensen in de Republiek rijk.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quizvraag
Met welke drie landen van de Republiek der zeven Verenigde Nederlanden in oorlog vanaf 1648?
Slide 19 - Open vraag
In de Gouden Eeuw had de Republiek een eigen leger.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quizvraag
De oorlogen met Frankrijk werden op zee uitgevochten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Lodewijk XIV wilde het Nederlandse gebied veroveren.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Absolute macht
A
Nederland
B
Frankrijk
C
Engeland
D
Duitsland
Slide 23 - Quizvraag
Welke mensen zaten in het Engelse Parlement rond 1648?
Slide 24 - Open vraag
Hoe werden Engeland en Nederland in 1672 bondgenoten?
Slide 25 - Open vraag
Monopolie
A
overheersing van een kolonie om er geld aan te verdienen
B
het geheel van productie en handel in de wereld
C
alleenrecht
D
mensen of bedrijven die hetzelfde willen bereiken als jij
Slide 26 - Quizvraag
Concurrentie
A
overheersing van een kolonie om er geld aan te verdienen
B
het geheel van productie en handel in de wereld
C
alleenrecht
D
mensen of bedrijven die hetzelfde willen bereiken als jij
Slide 27 - Quizvraag
Wereldeconomie
A
overheersing van een kolonie om er geld aan te verdienen
B
het geheel van productie en handel in de wereld
C
alleenrecht
D
mensen of bedrijven die hetzelfde willen bereiken als jij
Slide 28 - Quizvraag
VOC staat voor
A
Vereniging Oost-Indische Compagnie
B
Verenigde Oost-Indie Compagnie
C
Verenigde Oost-Indische Compagnie
D
Verenigde Oost-Indische Campagne
Slide 29 - Quizvraag
Driehoekshandel WIC
Textiel en wapens
Slaven
Suiker, katoen en tabak
Slide 30 - Sleepvraag
1602
1621
Specerijen
Plantagegewassen
Peper
Koffie
Nootmuskaat
Suikerriet
Suriname
Indonesië
Driehoekshandel
Slide 31 - Sleepvraag
Bergen ontstaan aan de rand van een aardkorstplaat.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 32 - Quizvraag
De toppen van gebergten slijten door weer en wind.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 33 - Quizvraag
Reliëf zijn de....van een landschap
Slide 34 - Open vraag
Jonge gebergten herken je aan vlakke bergtoppen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 35 - Quizvraag
Waarom is er in een oud gebergte minder reliëf?
De toppen zijn vlakker, want:
De toppen zijn vlakker, want:
Slide 36 - Open vraag
Waarom is er in een oud gebergte minder reliëf?
De dalen zijn minder diep, want:
De dalen zijn minder diep, want:
Slide 37 - Open vraag
Verwering is:
Slide 38 - Open vraag
Welke twee vormen van verwering heb ik uitgelegd?
Slide 39 - Open vraag
Hoe hoger je komt, hoe.....................
het wordt. Bij temperaturen....................nul bevriest water. Wanneer water verandert in ijs,
........................... Hierdoor neemt de druk op het gesteente....................... Een.............................
hiervan is dat de steen uit elkaar valt. Bergtoppen worden zo......................
.
Kouder
onder
zet het uit
toe
lager
hoger
af
gevolg
oorzaak
boven
warmer
Slide 40 - Sleepvraag
Wat gebeurt er als een rivier zorgt voor erosie?
A
De rivier maakt het dal dieper
B
Gesteente valt uit elkaar
C
De rivier overstroomt
Slide 41 - Quizvraag
Een laagvlakte, zoals Nederland, is niet hoger dan...meter.
Slide 42 - Open vraag
Welke twee soorten landschappen zijn er?
Slide 43 - Open vraag
Wat is het belangrijkste verschil tussen de twee soorten landschappen?
Slide 44 - Open vraag
Jonge en oude gebergten zijn allebei ontstaan door de botsing van aardkorstplaten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 45 - Quizvraag
Rivieren hebben de ondergrond van Nederland opgebouwd. Met welke materialen?
Slide 46 - Open vraag
Duin
Rivierklei
Veen
Slide 47 - Sleepvraag
Terp
Dijk
Duin
Stuwwal
door mensen gemaakte verhoging als bescherming tegen het zeewater
door wind opgewaaide zandheuvels
heuvels die door landijs zijn ontstaan
langgerekte verhoging om water van de zee of van een rivier tegen te
houden
Slide 48 - Sleepvraag
1
2
3
4
5
200 000 jaar geleden werd het kouder op aarde.
De grond voor het landijs werd opzij en omhoog geduwd.
Het werd warmer en het ijs smolt.
Heuvels en grote stenen bleven achter.
Landijs schoof vanuit Scandinavië naar het noorden van Nederland.
Slide 49 - Sleepvraag
Hoe noem je een stuk land dat omgeven is door dijken en waar de waterstand geregeld kan worden?
Slide 50 - Open vraag
1 Na de ijstijd veranderde het lage westen van Nederland in ___________________.
2 Doordat op hoopjes zand gras groeide, ontstonden ___________________ langs de kust.
3 Dode plantenresten op de bodem van plassen, vormden ___________________.
4 Om minder last van overstromingen te hebben, gingen mensen op ___________________ wonen.
5 Ook legden ze ___________________ aan die het water moesten tegenhouden.
moerassen
duinen
veen
terpen
dijken
Slide 51 - Sleepvraag
Het NAP meet het hoogteverschil tussen …
A
de laagste en de hoogste plaats in Nederland.
B
de laagste en de hoogste stand van het zeewater.
C
… de gemiddelde hoogte van de zee en alle plaatsen die hoger liggen.
D
de gemiddelde hoogte van de zee en alle plaatsen
Slide 52 - Quizvraag
Het westen van Nederland ligt grotendeels onder NAP.
A
Juist
B
Onjuist
