§ 1.2 Je omgeving ontdekken
1 / 33
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wat is een orgaan?
A
Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies
B
Een orgaan is een deel van het menselijk lichaam met een of meer functies
C
Groep organen met dezelfde functie
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 11 - Quizvraag
Is dit een orgaan?
A
Ja!
B
Nee!
Slide 12 - Quizvraag
Is dit een orgaan?
A
Ja!
B
Nee!
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een organenstelsel?
A
Verschillende organismen bi j elkaar die samenwerken
B
Een groep organen die samenwerken
Slide 14 - Quizvraag
Welk
organenstelsel is dit
A
ademhalingsstelsel
B
bloedvatenstelsel
C
bottenstelsel
D
verteringsstelsel
Slide 15 - Quizvraag
Het bloed stroomt in het organenstelsel.
Wat is de taak van het organenstelsel?
Wat is de taak van het organenstelsel?
A
transport van stoffen
B
rondpompen van bloed
Slide 16 - Quizvraag
Wat voor organenstelsel is dit?
A
Spierstelsel
B
Botstelsel
C
Zenuwstelsel
D
Bloedvatenstelsel
Slide 17 - Quizvraag
Wat is GEEN organenstelsel:
A
beenderstelsel
B
dikke darm
C
verteringstelsel
D
spierstelsel
Slide 18 - Quizvraag
Welk organenstelsel is dit
A
ademhalingsstelsel
B
bloedvatenstelsel
C
bottenstelsel
D
verteringsstelsel
Slide 19 - Quizvraag
hoeveel organenstelsels hebben wij?
A
10
B
9
C
11
D
8
Slide 20 - Quizvraag
... is geen organisme?
A
vis
B
woestijn
C
plant
D
worm
Slide 21 - Quizvraag
Wat is een organisme?
A
Een ander woord voor een orgaan
B
Een levend wezen
C
Een klaarkoming
D
Een ecosysteem
Slide 22 - Quizvraag
Sleep het juiste woord naar de plek op de microscoop
voet
Grote schroef
diafragma
tafel
objectief
tubus
Slide 23 - Sleepvraag
Wat is een beschrijving?
A
je beschrijft wat je hoort
B
je beschrijft wat je ziet
C
je beschrijft wat je proeft
D
je beschrijft wat je ruikt
Slide 24 - Quizvraag
Welke beschrijving is NIET goed?
A
Een rode trui
B
Een zwarte broek
C
Een gestreepte vacht
D
Een mooie kleur
Slide 25 - Quizvraag
Wat is de juiste beschrijving van 'pandemie'?
A
Een besmettelijke ziekte die veel mensen treft.
B
Een panda die mie eet.
C
Een besmettelijke ziekte die mensen wereldwijd treft.
D
Een besmettelijke ziekte die veel mensen in één land treft.
Slide 26 - Quizvraag
Bij een natuurgetrouwe tekening teken je alle details
A
juist
B
onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Kijk naar de afbeelding. Je ziet een tekening van een olifant. Wat voor soort tekening is dit?
A
een schematische tekening
B
een natuurgetrouwe tekening
Slide 28 - Quizvraag
Bij een natuurgetrouwe tekening
A
zie een een tekening die snel klaar is
B
zie je alleen de belangrijkste kenmerken
C
is alles naar werkelijkheid getekend
D
zie je een eenvoudige tekening
Slide 29 - Quizvraag
Wat voor tekening
is dit?
A
Natuurgetrouwe tekening
B
Schematische tekening
Slide 30 - Quizvraag
In de afbeelding is de Coopertest getekend.
Is dit een natuurgetrouwe tekening of een schematische tekening?
A
natuurgetrouwe tekening
B
schematische tekening
Slide 31 - Quizvraag
Rechts zie je een tekening. Is dit een schematische of natuurgetrouwe tekening?
A
Schematisch
B
Natuurgetrouw
Slide 32 - Quizvraag
Is de volgende bewering juist of onjuist?
In de afbeelding staat een natuurgetrouwe tekening van een eekhoorn.
In de afbeelding staat een natuurgetrouwe tekening van een eekhoorn.
A
Juist
B
Onjuist
