Herhaling zinsontleding WWG/NWG

Herhaling zinsontleding

WWG/NWG
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Herhaling zinsontleding

WWG/NWG

Slide 1 - Tekstslide

Geef de 3 soorten werkwoorden

Slide 2 - Woordweb

Als het hoofdwerkwoord een KWW is, dan heb je in de zin een...
A
WWG
B
NWG

Slide 3 - Quizvraag

Elk NWG bestaat uit ...
A
alle werkwoorden
B
PV
C
WWG+NWG
D
WWD+NWD

Slide 4 - Quizvraag

Er zijn 10 soorten WWG's. Welke?

Slide 5 - Open vraag

Met hun hoeven kunnen de paarden de prairies laten daveren.
Waaruit bestaat het WWG??
A
PV + VD
B
PV + te-INF
C
PV
D
PV + INF +INF

Slide 6 - Quizvraag

WWG of NWG?

Hij wil graag ingenieur worden.
A
WWG
B
NWG

Slide 7 - Quizvraag

Brecht vergat ons iets te vertellen.
Waaruit bestaat het WWG
A
PV + INF
B
PV + VD
C
PV+ te-INF
D
PV

Slide 8 - Quizvraag

Paulien is altijd heel sterk geweest in zinsleer.
A
NWG
B
WWG

Slide 9 - Quizvraag

Stella wilde het antwoord weten.
A
PV+INF
B
PV
C
PV+het+INF
D
PV+VD

Slide 10 - Quizvraag

WWG of NWG?

Mijn fiets is stuk.
A
WWG
B
NWG

Slide 11 - Quizvraag

WWG of NWG?
De snelheidsmeter wees 60km/u aan.

A
WWG
B
NWG

Slide 12 - Quizvraag

Lily blijkt vandaag wat ziek.

A
NWG
B
WWG

Slide 13 - Quizvraag

De tentoonstelling toont bedreigde dieren.
A
WWG = PV
B
NWG = PV
C
WWG = PV + INF

Slide 14 - Quizvraag

Behoort AAN tot het wwg of niet?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Werknemers willen hun baan niet verliezen.
A
WWG
B
NWG

Slide 16 - Quizvraag

Dat staat in het reglement van het tornooi.
A
NWG
B
WWG

Slide 17 - Quizvraag

Ze zouden de Cruciatusvloek nooit gebruiken tegen de kampioenen.
A
NWG = PV + NWD
B
WWG = PV + INF
C
WWG = PV + VD

Slide 18 - Quizvraag

Wat is het WWG in volgende zin: ze sprong een gat in de lucht van geluk.
A
ze sprong
B
sprong een gat
C
ze sprong een gat in de lucht
D
sprong een gat in de lucht

Slide 19 - Quizvraag

"Je kunt overal bladeren vinden."
A
PV + INF
B
PV + VD
C
IMP + VD
D
PV + IMP

Slide 20 - Quizvraag

De leerkracht schijnt met de zaklamp.
A
WWG
B
NWG

Slide 21 - Quizvraag

De man lijkt ziek te zijn.
A
WWG = PV + te + INF
B
NWG = PV+NWD+te+INF
C
WWG = PV + INF
D
NWG = PV + NWD

Slide 22 - Quizvraag

Ik begrijp de leerstof over WWG en NWG.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Poll