Lezen P2: inleiding en slot

Welkom!
Vandaag:
Start Lezen Paragraaf 2: inleiding en slot
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Vandaag:
Start Lezen Paragraaf 2: inleiding en slot

Slide 1 - Tekstslide

Tekstopbouw
Iedere tekst die je leest heeft een opbouw:
inleiding-kern
of 
inleiding-kern-slot

Slide 2 - Tekstslide

Inleiding
- hierin lees je wat het onderwerp is
-de schrijver wil je altijd nieuwsgierig maken
-de schrijver gebruikt een grappig verhaaltje (anekdote) of stelt een vraag of benoemt een voorbeeld

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding van een tekst
bij schoolboekteksten is de inleiding (intro )van een hoofdstuk vaak vetgedrukt
je leest kort wat er in het hoofdstuk behandeld gaat worden

Slide 4 - Tekstslide

Het slot
In het slot vind je vaak de hoofdgedachte:
- Het antwoord op de hoofdvraag (die is gesteld in de inleiding)
of
- Een herhaling van het standpunt 
of
- De oplossing van het probleem

De schrijver kan dit aanvullen met een aanbeveling of een conclusie. Soms sluit het slot aan bij de inleiding, voor een mooi rond verhaal.



Slide 5 - Tekstslide

Nog even terug naar de inleiding
Doel van de inleiding is de lezer nieuwsgierig maken naar de rest van de tekst, je wil immers dat je tekst gelezen wordt.
Dit kan op de volgende manieren:

Slide 6 - Tekstslide

Aandachtstrekkers
  • Iets uit de actualiteit
  • Iets uit de geschiedenis
  • Een voorbeeld (zoals een anekdote)
  • Iets wat voor de lezer van persoonlijk belang is
  • De aanleiding voor het schrijven van de tekst
  • Cijfers rondom een probleem

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht
Je gaat zo een korte inleiding (8 a 10 zinnen) schrijven bij een tekst. Je kiest zelf welke aandachtstrekker je gebruikt. In je boek (blz. 10) staan de aandachtstrekkers genoemd.

Je mag samenwerken. 

Slide 8 - Tekstslide

Het riool is bedoeld voor (af)waswater, urine, ontlasting en toiletpapier. De meeste problemen met het riool ontstaan doordat we meer wegspoelen dan de bedoeling is. Spoel daarom geen maandverband, babydoekjes, vochtige schoonmaakdoekjes, kattenbakvulling of etensresten door het toilet. Ook geen luiers, (frituur)olie, condooms, wattenschijfjes of verfresten. De meest verrassende oorzaak van toiletverstoppingen: toiletblokjes die uit hun houdertje vallen! Ook vochtig toiletpapier dat volgens de producent in de wc mag, leidt nogal eens tot problemen.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opdracht 1, 3 en 4 van Paragraaf 2. 
Let op: paragraaf 1 (online) moet aan het einde van deze week ook af zijn. 

Slide 10 - Tekstslide