H1 herhaling grammatica pv, zinsdelen, ow, wg en lv
1 / 12
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Noem de formules voor de verschillende zinsdelen.
Slide 2 - Woordweb
De pv is altijd een werkwoord
A
waar
B
niet waar
Slide 3 - Quizvraag
Wat zijn de juiste manieren voor het vinden van de pv?
A
Een vraagzin maken en daarvan het eerste woord nemen.
B
Omzetten naar een andere tijd, het ww dat verandert is de pv
C
De zin in de gebiedende wijs zetten, het ww dat verandert is de pv
D
Omzetten naar een andere hoeveelheid, het ww dat verandert is de pv
Slide 4 - Quizvraag
Als je begint met ontleden begin met je het verdelen in zinsdelen.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Een zinsdeel vind je door het achter de pv te plaatsen.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Het wg is altijd hetzelfde als de pv
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Bij het wg hoort ook het ow.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Alle ww in de zin noem je
A
het onderwerp
B
het lijdend voorwerp
C
het werkwoordelijk gezegde
D
de persoonvorm
Slide 9 - Quizvraag
het lijdend voorwerp gaat vaak om
A
wie
B
waar
C
wat
D
hoe
Slide 10 - Quizvraag
wat/wie + wg + ow is de juiste formule voor het vinden van het lv.
A
waar
B
niet waar
