In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
B1-K1-W5
Lesweek 8: Crisissituaties
Crisissituaties en begeleiden bij crises
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Welkom
AWR
terugblik
leerdoelen
Theorie
Opdracht
Leerdoelen behaald
volgende week
Wat vond je van de les?
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik: Wat heb je gezien?
Vorige les hebben we het gehad over de 'Roos van Leary'
Jullie hebben de opdracht gekregen om een gedraging uit de Roos van Leary te zoeken in je omgeving.
Denk aan stage of thuis.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kan benoemen welke verdedigingsmechanisme ingezet kunnen worden.
Je kan benoemen wat nodig is in de begeleiding
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Reacties van cliënten op een crisissituatie
Korte termijn:
Lange termijn:
lichamelijke tekenen van stress
verdoving, woede, verdriet, wanhoop
verdedigingsmechanisme
schuldgevoelens en depressieve gevoelens
angst of boosheid
verwerkingsproces gestart
plotseling verwardheid
Na verwerking volgt acceptatie
Slide 7 - Tekstslide
Lichamelijke tekenen
Opgejaagd gevoel
hartkloppingen
verlies van eetlust
concentratieproblemen
slaapproblemen
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Verdedigingsmechanisme/ afweermechanisme
= een bepaalde tactiek die mensen onbewust gebruiken om zichzelf staande te houden en angst of andere nare gevoelens op afstand te houden
Slide 10 - Tekstslide
Verdedigingsmechanismen
Ontkenning
Verdringing
Vluchtgedrag
Regressie
Rationalisatie
Projectie
Reactievorming
Compenseren
Slide 11 - Tekstslide
Omgaan met cliënten die verdedigingsmechanismen gebruiken
Besef: verdedigingsmechanismen helpen de cliënt zich staande te houden in een emotioneel zeer bedreigende situatie.
Verdedigingsmechanismen niet versterken.
Laat de cliënt het tempo bepalen
Rem emoties niet af (onderdrukte emoties kunnen loskomen wanneer verdedigingsmechanismen worden losgelaten)
Inschakelen van deskundige psychische hulp.
Slide 12 - Tekstslide
Op het moment dat de cliënt zijn verdedigingsmechanisme laat varen, komen er vaak veel onderdrukte emoties los.
A
juist
B
onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Angst
Van nervositeit tot paniek
Paniek zorgt voor:
een gevoel van radeloosheid
niet meer helder kunnen denken
Slide 14 - Tekstslide
Wanneer ben jij nerveus geweest?
Slide 15 - Woordweb
Reële en niet-reële angst
Reëel: er is een duidelijke relatie tussen een angstwekkende gebeurtenis en de angstgevoelens
Niet-reële angst: angstgevoelens zijn niet duidelijk gekoppeld aan een bedreigende gebeurtenis of staan niet in verhouding tot de gebeurtenis (angststoornis).
Slide 16 - Tekstslide
Direct na een crisissituatie is de vatbaarheid voor een angststoornis groter. Het psychisch evenwicht is dan verstoord.
Slide 17 - Tekstslide
Ondersteuning bij heftige angstgevoelens
Steun de cliënt (in wie hij is en wat hij doet)
Schaad het vertrouwen van de cliënt niet
Praten over angst roept angst op
Schakel deskundige hulp in
Slide 18 - Tekstslide
Leerdoelen behaald?
Je kan verschillende soorten reacties op crisissituaties benoemen
Je kan verschillende vormen van begeleiden bij crises benoemen