LEERDOELEN VORIGE LES. Ik kan ...
6. onderscheid maken tussen gezond en ongezond eten
6.1 kan uitleggen wat het belang is van variatie in je voedingspatroon.
6.2 kan de schijf van vijf gebruiken om te bepalen of er voldoende variatie is binnen het voedingspatroon.
6.3 kan de vijf adviezen voor gezonde voeding benoemen en kan aan de hand daarvan bepalen of voedsel gezond is.
7. uitleggen van welke factoren de energiebehoefte afhankelijk is
7.1 kan vier factoren benoemen, uitleggen en afleiden waarvan de energiebehoefte afhangt.
7.2 kan rekenen met energiebehoeften en energie-inname (met energie-eenheden, tijd, gewicht en procenten).
10. uitleggen wat voedselvergiftiging is en hoe dit wordt voorkomen.
10.1 kan uitleggen wat een voedselvergiftiging is en waardoor het wordt veroorzaakt.
10.2 kan verklaren dat conserveren bijdraagt aan het voorkomen van voedselvergiftiging.