Onderwerp, hoofdgedachte en deelonderwerp les 1
1 / 33
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
De hoofdgedachte...
A
kan een vraag zijn
B
is altijd een vraag
C
is nooit een vraag
Slide 8 - Quizvraag
Als je een hoofdgedachte zelf moet formuleren
A
moet je de tekst goed lezen
B
hoef je alleen de inleiding of het slot te lezen
C
hoef je alleen de titel te lezen
Slide 9 - Quizvraag
De hoofdgedachte is...
A
een uitgebreide samenvatting
B
een soort minisamenvatting
C
de titel van de tekst
Slide 10 - Quizvraag
Het onderwerp van de tekst staat...
A
altijd in de hoofdgedachte
B
soms in de hoofdgedachte
C
nooit in de hoofdgedachte
Slide 11 - Quizvraag
Wat de schrijver over het onderwerp vertelt is...
A
de titel
B
de inhoud
C
de hoofdgedachte
Slide 12 - Quizvraag
Je moet de tekst helemaal lezen...
A
om de hoofdgedachte te vinden
B
om het onderwerp te vinden
C
om te weten waar het over gaat
Slide 13 - Quizvraag
Uit maximaal hoeveel woorden bestaat het onderwerp?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 14 - Quizvraag
Leg uit wat een deelonderwerp is.
Slide 15 - Open vraag
Wat is een kernzin en waar vind je deze?
Slide 16 - Open vraag
Waarom gebruikt een schrijver tussenkopjes?
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Wat snap je nog niet?
Slide 21 - Open vraag
De hoofdgedachte staat meestal...
A
aan het begin of einde van de tekst
B
in de titel of in het midden van de tekst
C
in het midden van de tekst
D
aan het begin van de tekst of in de titel
Slide 22 - Quizvraag
De hoofdgedachte is...
A
waar de tekst over gaat
B
wat in de titel staat
C
wat de schrijver over het onderwerp zegt in één zin
Slide 23 - Quizvraag
Wat is waar over een hoofdgedachte?
A
De hoofdgedachte is niet te vinden.
B
De hoofdgedachte is nooit een vraag.
C
De hoofdgedachte staat altijd in het slot.
