Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3havo-11 jan spel/woord.
Welke vorm is juist?
Veel cabaretiers vind ik flauw, maar...... zijn wel grappig.
A
sommige
B
sommigen
1 / 25
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
25 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welke vorm is juist?
Veel cabaretiers vind ik flauw, maar...... zijn wel grappig.
A
sommige
B
sommigen
Slide 1 - Quizvraag
Welke vorm is juist?
.......... gaan naar het zwembad.
A
Alle
B
Allen
Slide 2 - Quizvraag
Welke vorm is juist?
Ik heb ...... vissen in mijn aquarium.
A
enkele
B
enkelen
Slide 3 - Quizvraag
Welke vorm is juist?
Er zijn ........ mensen bij die demonstratie.
A
tienduizende
B
tienduizenden
Slide 4 - Quizvraag
Welke vorm is juist?
De computers zijn bijna allemaal stuk. Er zijn nog .......... goede exemplaren.
A
enkele
B
enkelen
Slide 5 - Quizvraag
Kies de juiste vorm:
A
kabeljauw
B
kabeljouw
Slide 6 - Quizvraag
Kies de juiste vorm:
De berg is zo ..... dat ik hem niet kan beklimmen.
A
steil
B
stijl
Slide 7 - Quizvraag
Kies de juiste vorm:
Jij draagt mooie kleding. Je hebt echt een bijzondere .....
A
steil
B
stijl
Slide 8 - Quizvraag
Kies de juist vorm:
Mijn haar krult, maar dat van jou is....
A
steil
B
stijl
Slide 9 - Quizvraag
Kies de juist vorm:
Als je in Nederland aankomt, is het meestal .......
A
grauw
B
grouw
Slide 10 - Quizvraag
Kies de juiste vormen:
In het ......... is het vaak .........
A
regenwoud, benouwd
B
regenwaud, benauwd
C
regenwaud, benauwd
D
regenwoud, benauwd
Slide 11 - Quizvraag
Getallen; goed of fout:
Wist je dat negen procent van de bevolking per dag tweehonderd gram vlees eet?
A
Goed
B
Fout
Slide 12 - Quizvraag
Getallen: goed of fout?
Tijdens de wedstrijd maakte hij drie doelpunten in 45 minuten.
A
Goed
B
Fout
Slide 13 - Quizvraag
Goed of fout?
twee drie vijfde
A
goed
B
fout
Slide 14 - Quizvraag
Kies de juiste vorm:
Tijdens de tocht van ...... kilometer kwamen wij maar ....... mensen tegen.
A
achttien, vijf
B
18, 5
C
18, vijf
D
achttien 5
Slide 15 - Quizvraag
Kies de goede vorm:
Het ....... dat de wereld......... allemaal ......... bezitten.
A
schijnt, lijders, paleizen
B
schijnt, lijders, paleizen
C
schijnt, leiders, paleizen
D
schijnt, lijders, palijzen
Slide 16 - Quizvraag
Wat is juist?
.......... jij vanavond de ........ maaltijd?
A
Berijd, Argentijnse
B
Bereid, Argentijnse
C
Berijd, Argenteinse
D
Bereid, Argenteinse
Slide 17 - Quizvraag
Let op:
Voor de toets spelling hoef je de verkleinwoorden niet te leren!
Slide 18 - Tekstslide
Woordenschat 1:
Wat betekent: sceptisch
A
streng
B
kritisch
Slide 19 - Quizvraag
Woordenschat 1:
Wat betekent: voorzieningen
A
dingen om te doen
B
middelen
Slide 20 - Quizvraag
Woordenschat 1
Wat betekent: is onomstreden
A
het staat niet ter discussie
B
er wordt niet om gevochten
Slide 21 - Quizvraag
Woordenschat 1:
Wat betekent: populaties
A
volken
B
vervuiling
Slide 22 - Quizvraag
Wat betekent:
kanttekeningen
Slide 23 - Open vraag
Laatste vraag!
Wat betekent: verschaffen
Slide 24 - Open vraag
Einde
Slide 25 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
H1 Woordenschat - Woordenlijst H1
September 2023
- Les met
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
H1 Woordenschat - Woordenlijst H1
September 2023
- Les met
16 slides
H1 VOLLEDIGE LIJST- Woordenlijst H1
Oktober 2023
- Les met
53 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Oefentoets woordenschat h1 h2 h3
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
3Ha - woordenschat les 2
September 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Door H1
November 2020
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
woordenschat havo 3
Februari 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
nn5 4tl hfd 2 Woordenschat Onbekende woorden: betekenis afleiden uit het woord (1)
Oktober 2021
- Les met
41 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4