Oefentoets woordenschat h1 h2 h3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Oefentoets woordenschat h1 h2 h3

1 Welke bewering(en) is/zijn juist?

1. De vergelijking, de metafoor en de personificatie zijn stijlfiguren.
2. Een tegenstelling en een drieslag horen tot de bijzondere opsommingen.
3. Met beeldspraak en met stijlfiguren kun je een tekst aantrekkelijk maken.
4. Met een climax bedoelen we een steeds sterker wordende reeks.

Geef de stijlfiguur of beeldspraak aan die gebruikt is.
Kies uit: climax, drieslag, herhaling, metafoor, omgekeerde climax, opsomming, personificatie, tegenstelling en vergelijking.
1. Bijna alle Nederlanders eten weleens aardappelen, vlees en groente.

Geef de stijlfiguur of beeldspraak aan die gebruikt is.
Kies uit: climax, drieslag, herhaling, metafoor, omgekeerde climax, opsomming, personificatie, tegenstelling en vergelijking.
2. De toekomst lacht me tegemoet.

Vul een passend woord of een passende uitdrukking in.
Kies uit: begrenzen – bevorderen – ecoduct – futuristisch – grenspost – inteelt – isoleren – kwetsbaar – onomstreden zijn – publieke – riskant – taalgrens – zijn grenzen te verleggen.

3. Inwoners van het dorpje bij de […] kunnen profiteren van de lage benzineprijzen in Duitsland.

Wat is de betekenis van sceptisch?

1. eindeloos groot
2. kritisch twijfelend
3. met betrekking tot goed en kwaad
4. toekomstig

Welke bewering is waar?

1. Als je iets minder erg of hard wilt laten overkomen, gebruik je een understatement.
2. Met een eufemisme zeg je dat iets minder mooi, groot, belangrijk is dan het in werkelijkheid is.
3. Met een hyperbool zeg je dat iets mooier, groter ,belangrijker is dan het in werkelijkheid is.

Noteer per zin de woorden die een stijlfiguur vormen én schrijf de naam van de stijlfiguur erachter. Kies uit: eufemisme, hyperbool en understatement.

'Arjen kreeg een enorme kans, maar hij schoot de bal een kilometer naast.'

Wat is de betekenis van resulteren in?

1. actief reageren op
2. leiden tot
3. verbergen
4. verminderen

In welke zin(nen) is het woord tussen haakjes als metoniem gebruikt?

1. Bernhard had al menig 'GLAS' gedronken en mocht daarom niet meer rijden.
2. Dit namaakportret van 'REMBRANDT' hangt bij ons aan de muur in de woonkamer.
3. Gisterenavond sprak ik op de verjaardag van Jet een 'ITALIAAN'.
4. Volgens 'DE BILT' kunnen we rekenen op een koude winterweek.

Neem de woorden over die een vorm van beeldspraak zijn én schrijf het soort beeldspraak erachter. Kies uit: metoniem of metafoor.

Toen de jonge Nelson voor een opleiding in de stad kon kiezen, ver weg van zijn geboortedorp, stond hij naar zijn idee op het kruispunt van zijn leven.

Neem de woorden over die een vorm van beeldspraak zijn én schrijf het soort beeldspraak erachter. Kies uit: metoniem of metafoor.

Je moet niet denken dat zo’n raadsel alleen door knappe koppen opgelost kan worden.

Wat is de betekenis van blootgesteld worden aan?

1. bereid zijn tot
2. in aanraking komen met
3. testen van; uitproberen van
4. voorzien van