HV2 Bedrijvend en lijdend

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Leerdoelen

• Je leert dat een zin in de bedrijvende en in de lijdende vorm kan staan
• Je leert deze twee vormen onderscheiden
• Je leert de bedrijvende vorm omzetten naar een lijdende vorm en andersom 

Wat is ook alweer het verschil tussen een bedrijvende en lijdende zin?

Bedenk een zin bij de foto. Zet er
tussen haakjes achter of die lijdend of bedrijvend is.

Bedrijvende zin

Lijdende zin

De vriendelijke man aaide de hond.

De hond werd geaaid door de vriendelijke man. 

Koppel de juiste begrippen aan elkaar

Passief

Actief

Bedrijvend

Lijdend

Vandaag wordt de was door mijn moeder in de tuin opgehangen.
Zet deze zin in de bedrijvende vorm

Het proefwerk was door de hele klas goed gemaakt.
Zet deze zin in de bedrijvende vorm

En nu andersom: van bedrijvend naar lijdend.
Vanmiddag maken zij de weektaken voor Engels en Duits op hun werkkamer af.

Verander deze zin van lijdend naar bedrijvend.
In de meets van vorige week werd door veel leerlingen de audio uitgezet.

Door-bepaling

Als je een zin lijdend maakt, kun je het onderwerp uit de bedrijvende zin opnemen door middel van een door-bepaling. 

Voorbeeld: 

• Bedrijvende zin: Kleintjes eisen overal de aandacht op.
• Lijdende zin: De aandacht wordt overal opgeëist door kleintjes. 

Maak van de volgende zin een lijdende zin met een door-bepaling:
Ouders raapten al die dingen weer op.

In je schrift

Eventueel stap voor stap (gebruik bijvoorbeeld de foto):

- wat staat er altijd in een zin: pv en onderwerp

- lijdend voorwerp moet erin voor deze oefening

- bwb

- mv of nog een bwb

Typ hier de lijdende zin die je hebt bedacht.

Je kunt hier samen met leerlingen proberen enkele goede voorbeelden om te zetten

Huiswerk

Maak van 3.4 opdracht

• 4
• (5)
• 6
• 7
• 8