LES 2 - REKENEN MET DECIMALE GETALLEN

REKENEN

  • VERMENIGVULDIGEN MET DECIMALEN
  • DELEN MET DECIMALEN
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

REKENEN

  • VERMENIGVULDIGEN MET DECIMALEN
  • DELEN MET DECIMALEN

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:

  • maak je van 7 april t/m 14 april
  • staat gelijk aan 2 lesuren rekenen
  • wordt gecontroleert door je docent. Deze kan in de app precies zien wanneer je wat hebt gemaakt

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
We gaan tijdens deze les extra oefenen met decimalen getallen. We gaan decimalen vermenigvuldigen en delen. 

Het zou heel goed kunnen dat je dit soort sommen tegenkomt op je examen.  

In deze les vind je een aantal filmpjes met extra uitleg. Als je geen behoefte hebt aan extra uitleg mag je de filmpjes overslaan.

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
- Vemenigvuldigen met decimalen.
- Delen met decimalen.
- Decimalen vermenigvuldigen met tiental, honderdtal en duizendtal.
- Decimalen delen met tiental, honderdtal en duizendtal.

Slide 4 - Tekstslide

Aan de slag
We gaan beginnen! 
Op de volgende slides vind je informatie over vermenigvuldigen en delen met decimalen. Lees deze slides goed door. Bekijk daarna de filmpjes met uitleg. Heb je alsnog vragen? Laat het mij weten!

Succes!

Slide 5 - Tekstslide

Vermenigvuldigen met decimalen
2 x 0,6 =       

  1. Maak hele getallen van de decimalen                                 2 x 6 =                          
  2. Reken de som uit.                                                                         2 x 6 = 12
  3. Zet de decimalen stap voor stap terug                               2 x 0,6 = 1,2

    Let op!
    Als er in de som een komma bijkomt, moet er in je antwoord ook een komma bij.


Slide 6 - Tekstslide

Nog een voorbeeld...
0,03 x 8 = 
 
  1. Maak hele getallen van de decimalen               3 x 8 =
  2. Reken de som uit.                                                        3 x 8 = 24
  3. Zet de decimalen stap voor stap terug          0,3 x 8 = 2,4
                                                                                            0,03 x 8 = 0,24


    Let op!
    Als er in de som een komma bijkomt, moet er in je antwoord ook een komma bij.

Slide 7 - Tekstslide

Delen met decimalen
5,4 : 9 = 
 
  1. Maak hele getallen van de decimalen               54 : 9 =
  2. Reken de som uit.                                                       54 : 9 = 6
  3. Zet de decimalen stap voor stap terug            5,4 : 9 = 0,6
                                                                                               

    Let op!
    Als er in de som een komma bijkomt, moet er in je antwoord ook een komma bij.

Slide 8 - Tekstslide

0,36 x 10 =

Hoeveel nullen zie je in de 10?

Zoveel plaatsen schuift de komma op

0,36 x 10 = 3,6
0,36 x 100 = 36
0,36 x 1000 = 360
0,36 : 10 =

Hoeveel nullen zie je in de 10? 

Zoveel plaatsen schuift de komma op 


0,36 : 10 = 0,036
0,36 : 100 = 0,0036
0,36 : 1000 = 0,00036
Decimalen vermenigvuldigen met tiental, honderdtal en duizendtal

Slide 9 - Tekstslide

Nog een voorbeeld...
0,36 : 6 = 
 
  1. Maak hele getallen van de decimalen               36 : 6 =
  2. Reken de som uit.                                                       36 : 6 = 6
  3. Zet de decimalen stap voor stap terug            3,6 : 6 = 0,6
                                                                                              0,36 : 6 = 0,06
                                                                                               

    Let op!
    Als er in de som een komma bijkomt, moet er in je antwoord ook een komma bij.

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

0

Slide 12 - Video

6 x 0,5=

Slide 13 - Open vraag

7 x 0,6 =

Slide 14 - Open vraag

3 x 1,2 =

Slide 15 - Open vraag

12 x 0,4 =

Slide 16 - Open vraag

0,2 x 12 =

Slide 17 - Open vraag

0,7 x 8

Slide 18 - Open vraag

0

Slide 19 - Video

0,9 : 3 =

Slide 20 - Open vraag

2,4 : 6 =

Slide 21 - Open vraag

8,1 x 9 =

Slide 22 - Open vraag

3,6 : 4 =

Slide 23 - Open vraag

4,2 : 7 =

Slide 24 - Open vraag

1,5 : 5 =

Slide 25 - Open vraag

0

Slide 26 - Video

0,09 x 10 =

Slide 27 - Open vraag

0,5 x 10 =

Slide 28 - Open vraag

0,12 x 10 =

Slide 29 - Open vraag

0,025 x 10 =

Slide 30 - Open vraag

0,06 x 100 =

Slide 31 - Open vraag

0,2 x 100 =

Slide 32 - Open vraag

1,8 x 10 =

Slide 33 - Open vraag

0,002 x 1000 =

Slide 34 - Open vraag

0,25 x 100 =

Slide 35 - Open vraag

0,08 x 1000 =

Slide 36 - Open vraag

1,6 x 100 =

Slide 37 - Open vraag

0,125 x 1000 =

Slide 38 - Open vraag

7 : 10 =

Slide 39 - Open vraag

3 : 10 =

Slide 40 - Open vraag

0,2 : 10 =

Slide 41 - Open vraag

1,8 : 10 =

Slide 42 - Open vraag

30 : 100 =

Slide 43 - Open vraag

4 : 100 =

Slide 44 - Open vraag

2,5 : 100 =

Slide 45 - Open vraag

300 : 1000 =

Slide 46 - Open vraag

75 : 100 =

Slide 47 - Open vraag

450 : 1000 =

Slide 48 - Open vraag

12,5 : 10 =

Slide 49 - Open vraag

64 : 1000 =

Slide 50 - Open vraag

Evalueren (verplicht)
Wat heb je geleerd van deze les? Wat vindt je nog lastig?

Slide 51 - Open vraag

Heb je nog tips, vragen of verbeterpunten. Schrijf ze hier op!

Slide 52 - Open vraag

Slide 53 - Tekstslide