V&A hoofdstuk 3 deel 3

Als de (gemiddeld) variabele kosten proportioneel zijn, is de winst maximaal als
A
de q gelijk is aan de productiecapaciteit.
B
als de productieomvang maximaal is.
C
de GTK minimaal zijn.
D
de GCK minimaal zijn.
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Als de (gemiddeld) variabele kosten proportioneel zijn, is de winst maximaal als
A
de q gelijk is aan de productiecapaciteit.
B
als de productieomvang maximaal is.
C
de GTK minimaal zijn.
D
de GCK minimaal zijn.

Slide 1 - Quizvraag

In hoofdstuk 3 kom je veel afkortingen tegen. Wat betekenen de volgende letters?
variabele
opbrengsten
hoeveelheid
totale
kosten
winst
constante
prijs
gemiddelde
marginale
G
q
V
K
C
P
T
W
O
M

Slide 2 - Sleepvraag

Slide 3 - Tekstslide

De marginale analyse
Als de (gemiddelde) variabale kosten , progressief/degressief zijn, is de winst maximaal bij de productieomvang (q) waar MO=MK.

Bij de marginale analyse kijk je naar het eerst volgende product.
Is de opbrengst van het volgende product (MO) groter dan de kosten van het volgende product (MK) dan stijgt de totale winst, dus breidt de producent de productie uit.

Slide 4 - Tekstslide

Marginale opbrengst
De marginale opbrengst is gelijk aan de marktprijs, MO=GO=P.
Voor de ondernemer is de prijs gegeven daarom geldt dat MO=GO=P een horizontale lijn is.

N.B. dit geldt alleen omdat de producent op de marktvorm volkomen concurrentie geen invloed heeft op de prijs!

Slide 5 - Tekstslide

Marginale kosten
De marginale kosten (MK) zijn de extra kosten bij de uitbreiding van de productie met één eenheid.

Als de GVK proportioneel zijn, geldt MK=GVK. Het is een vast bedrag dus een horizontale lijn.
Als de GVK progressief en/ of degressief zijn, is MK afhankelijk van de productieomvang q en dus een formule.

Slide 6 - Tekstslide

MK = 16 + q
A
GVK is progressief.
B
GVK is degressief.
C
GVK is een combinatie: progressief/degressief.

Slide 7 - Quizvraag

MK = 16 + q. MO = 28. Bij welke productieomvang (q) is de winst maximaal?
A
q = 16
B
q = 28
C
q = 12

Slide 8 - Quizvraag

MO = 16. MK = q + 4.
TK = 0,5q2 + 4q + 40.
Bereken de maximale winst.
A
q = 12 TW = 32
B
q = 16 TW = 24
C
q = 4 TW = 0
D
q = 12 TW = 12

Slide 9 - Quizvraag

MO = 16. MK = q + 4. TK = 0,5q2 + 4q + 40. 
Bereken de maximale winst.
  1. Bereken eerst de productieomvang q door MO=MK.
    16 = q + 4       q=16-4        q=12
  2. Bereken de winst door TW = TO - TK
    TW = 16 x 12 - (0,5x162 + 4x16 + 40) = 32

Slide 10 - Tekstslide