16-12-2024 Cursus 5 Grammatica § 8 Mixopdrachten

Welkom les Nederlands

Ga op je vaste plek zitten in het lokaal.

Pak je leesboek en dicteeschrift.
 

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom les Nederlands

Ga op je vaste plek zitten in het lokaal.

Pak je leesboek en dicteeschrift.
 

Slide 1 - Tekstslide

Regels in de klas
Jas in locker
Geen kauwgom of ander eten/drinken
Spullen op tafel
Telefoon in de tas en geluid uit
Oortjes in tas
Tas op de grond
Recht zitten

Slide 2 - Tekstslide

Cem                    

Slide 3 - Tekstslide

Planning

1. Stillezen + Boekpromotie
2. Dictee
3. Instructie
4. Zelfstandig werken
5. Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Stillezen
We beginnen met stillezen.
timer
10:00
S
T
I
L
L
E
Z
E
N

Slide 5 - Tekstslide

Dictee!
Dictee!

Slide 6 - Tekstslide

DICTEE DICTEE DICTEE DICTEE
* marechaussee
*grenscontroles
* kabinet
* uitzonderlijk
* continu


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Lijdend voorwerp (lv)
  • Het lijdend voorwerp is een zinsdeel. 
  • Bij het lijdend voorwerp 'overkomt iemand' of 'ondergaat een onderwerp' iets. 
  • Het is belangrijk dat je weet dat niet iedere zin een lijdend voorwerp heeft.
Lijdend voorwerp (lv)

Slide 9 - Tekstslide

Het lijdend voorwerp
wie/wat + wwg + onderwerp = lijdend voorwerp. 
Wie of wat
+
wwg
+
lijdend voorwerp
onderwerp
=

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Samengestelde zinnen en de persoonsvormen in samengestelde zinnen.

Slide 12 - Tekstslide

SAMENGESTELDE ZINNEN

In iedere zin staat een persoonsvorm. 

Zinnen met één persoonsvorm en één onderwerp noem je

een enkelvoudige zin. 

 Zinnen met twee of meer persoonsvormen noem je samengestelde zinnen. 

Bij elke persoonsvorm hoort een onderwerp.



Slide 13 - Tekstslide

SAMENGESTELDE ZINNEN

Met een voegwoord zoals en, want  en maar staan de persoonsvormen en de onderwerpen naast elkaar.





Opa werkte. Oma deed het huishouden.
Opa werkte en oma deed het huishouden.

Iedereen viert feest. Het is bevrijdingsdag.
Iedereen viert feest, want het is bevrijdingsdag.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Opdracht:
Cursus Grammatica 
§ 8 Mixopdrachten
Alles maken!
KLAAR: 
Trainen voor de toets
timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk
 Datum:
06-01-2025
Maken:
Cursus 5 Grammatica
§ 8 MIxopdrachten





Slide 17 - Tekstslide

Fijne feestdagen

Slide 18 - Tekstslide