250114 Workshop Fontys Educatie regio Limburg_nieuw

• Communication & multimedia design
• HBO
• Studiejaar 4

TIL-model: inhoudselementen

Externe & interne invloeden kunnen onbalans veroorzaken tussen de vier inhoudselementen.

Opdracht

(maak drietallen)

• Denk individueel na over een voorbeeld waarin je zelf een gevoel van onbalans hebt ervaren in jouw loopbaan als leraar.
• Bepaal het startpunt: Vanuit welk inhoudselement begon dit voorbeeld?
  
  
• Kies als drietal één voorbeeld uit. Verdeel de rollen: inbrenger van de casus, bevrager, observant
• Bevrager: Bespreek de mogelijke koppeling met de drie andere inhoudselementen. Beantwoord samen de vraag: Hoe hadden deze elementen invloed op de situatie die je beschrijft?
  
• De observant noteert de vragen die gesteld worden. Maakt de bevrager koppeling met de andere gebieden? Hoe reageert de casusinbrenger?

Gebruik de inhoudselementen als kapstok om je analyse te verdiepen en eventuele verbanden of spanningen tussen de elementen te ontdekken.

Balans wordt gecreëerd, 

behouden of hersteld door: 

Betekenisgeving,

Eigenaarschap en

Agency

(Identiteitsleerconcepten)

En bij jouw voorbeeld...?

Het creëren, behouden of herstellen van deze balans is teacher identity learning.

'           '

Betekenisgeving
(en begrijpen)

• Begrijpt de student wat de praktijk vraagt?
• Toont de student inzicht?
• Trekt de student conclusies?
• Legt de student verbindingen tussen theorie en praktijk?
• Ziet de student oorzaak en gevolg?

Eigenaarschap

• Wat vindt de student dat hij kan? (zelfeffectiviteit)
• Wat past bij de student? (identificatie)
• (Hoe) past de student binnen de beroepsgroep?

Agency

• Stuurt de student het eigen leren?
• Creëert de student innovatieve leeromgevingen?
• Neemt de student eigen standpunten in?
• Neemt de student collega’s mee in vernieuwingen?

Voorbeeld 1

"Toen ik stage liep in het speciaal onderwijs 

werd me duidelijk dat leerlingen neutraal moeten worden aangesproken. 

Omdat ik zelf heb gezien hoe belangrijk dit is, wil ik deze kwaliteit als leerkracht graag bezitten". [Pro:S]

Ben je het eens met code die de student gekozen heeft?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?

Voorbeeld 2

"Ik ben me tijdens het doorlopen van de minor steeds meer een expert gaan voelen 

en vind het erg fijn om terug te zien 

dat ik mijn enthousiasme heb kunnen overbrengen op mijn mentor".

[Pro:A]

Ben je het eens met code die de student gekozen heeft?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?

Voorbeeld 3

"Tijdens het observeren van mijn mentor werd mij duidelijk dat handpoppen kunnen worden gebruikt om het zelfbewustzijn van kinderen te vergroten omdat ze aansluiten bij de belevingswereld van een les."

[Pra:S]

Welke code zou de student hebben geplaatst?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?

Voorbeeld 4

"Eén van mijn belangrijkste visiepunten is kinderen autonomie te geven. 

Ik stapte buiten mijn comfortzone en liet de controle los. 

De kinderen voelden zich veilig en bekwaam.

[Pro:O]

Welke code zou de student hebben geplaatst?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?

Voorbeeld 5

"Volgens Römgens (2019) is een veilige werkomgeving een vereiste voor leren. 

Dat betekent dat ik naar de kinderen in mijn klas verwachtingen uit moet spreken 

en duidelijke richtlijnen moet geven om ervoor te zorgen dat er rust en orde is".

[The:S]

Welke code zou de student hebben geplaatst?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?

Voorbeeld 6

"Ik wil onderzoeken hoe ik Energizers kan inzetten 

om efficiënte overgangen tussen de lessen te realiseren. 

Kinderen hebben dan even kunnen bewegen voordat we aan de volgende les beginnen".

[Pra:A]

Welke code zou de student hebben geplaatst?

Welke begeleidingsvraag zou je nu stellen op basis van het TIL-model?