Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
CLASE 5VWO - QUIZ los pasados!
QUIZ DE LOS PASADOS!
Unidad 2 - gramática C - pagina 79/80
1 / 32
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
In deze les zitten
32 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
QUIZ DE LOS PASADOS!
Unidad 2 - gramática C - pagina 79/80
Slide 1 - Tekstslide
Voor gebeurtenissen in het verleden die verband houden met het heden gebruik je de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto
Slide 2 - Quizvraag
Voor gewoontes of herhaalde gebeurtenissen in het verleden gebruik je de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een voorbeeld van de perfecto?
A
trabajo
B
he trabajado
C
trabajé
D
estoy trabajando
Slide 4 - Quizvraag
Voor gebeurtenissen die op een bepaald moment in het verleden plaatsvonden gebruik je de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto
Slide 5 - Quizvraag
Het signaalwoord "ayer" hoort bij de .....
A
Presente
B
Pretérito perfecto
C
Pretérito indefinido
D
Pretérito imperfecto
Slide 6 - Quizvraag
Welk signaalwoord duidt NIET op een indefinido?
A
anteayer
B
en 2017
C
antes
D
el otro día
Slide 7 - Quizvraag
perfecto of indefinido:
Mi hermano y yo nunca ......................... pulpo en nuestra vida.
A
hemos comido
B
comimos
C
he comido
D
comí
Slide 8 - Quizvraag
perfecto of indefinido
Yo no ...................... (ir) al colegio ayer.
A
he ido
B
fui
C
ha ido
D
fue
Slide 9 - Quizvraag
perfecto of indefinido
¿Tus amigos y tú ...................... (estar) en Madrid alguna vez?
A
has estado
B
estuviste
C
habéis estado
D
estuvisteis
Slide 10 - Quizvraag
Welk ww is NIET in de imperfecto vervoegd?
A
pensaban
B
bebías
C
comieron
D
vivíamos
Slide 11 - Quizvraag
¿Cuál de estos marcadores temporales (tijdsaanduidingen) no pertenece al imperfecto?
A
Siempre en verano....
B
En el verano del 2017....
C
Todos los veranos.....
D
Los veranos, cuando....
Slide 12 - Quizvraag
¿Indefinido o imperfecto?
Hace 3 años mi abuelo (ganar).........la lotería.
A
ganaba
B
ganabas
C
ganó
D
ganaste
Slide 13 - Quizvraag
¿pret perfecto, indefinido o imperfecto?
Cuando era joven yo (tocar) ........ la batería.
A
he tocado
B
toqué
C
tocaba
Slide 14 - Quizvraag
Pretérito perfecto:
ellos - escribir
Slide 15 - Open vraag
Pretérito perfecto:
tú - ver
Slide 16 - Open vraag
Pretérito perfecto:
poner - nosotros
Slide 17 - Open vraag
Pretérito perfecto:
yo-hablar
Slide 18 - Open vraag
Pretérito perfecto:
yo (escribir)
Slide 19 - Open vraag
Indefinido:
empezar - tú
Slide 20 - Open vraag
Indefinido:
ser - ellos
Slide 21 - Open vraag
Indefinido:
leer - él
Slide 22 - Open vraag
Indefinido:
escribir -vosotros
Slide 23 - Open vraag
Vervoeg het werkwoord HABLAR (indefinido)
yo
tú
él
nosotros
vosotros
ellos
hablé
hablaste
habló
hablamos
hablasteis
hablaron
Slide 24 - Sleepvraag
Indefinido:
estar - tú
Slide 25 - Open vraag
Sleep de zinnen naar het juiste vervoegen v/d
pretérito indefinido
comiste
nació
vivieron
comí
estudió
vivió
estudiaron
nacieron
Yo...............................
(comer)
patatas con carne.
Abdul............................
(estudiar
) para el examen de física.
Heleen........................
.(vivir)
en Holanda
¿Tom ...........................
(comer-tú)
pizza en la cena?
Melinda y Quirine........................
(nacer)
en Holanda
Ellas..........................
(estudia
r) estañol con sus amigas.
Michelle y Estelle.......................
.(vivir
) en Holanda
Suleiman........................
(nacer)
el 10 de noviembre.
Slide 26 - Sleepvraag
Imperfecto:
vosotros - ir
Slide 27 - Open vraag
Imperfecto:
tú-estudiar
Slide 28 - Open vraag
Imperfecto:
nosotros - hablar
Slide 29 - Open vraag
Waarvoor wordt de imperfecto gebruikt?
Personen en dingen beschrijven.
Met de imperfecto beschrijf je het uiterlijk en geef je de leeftijd aan in de verleden tijd.
Met de imperfecto beschrijf je ook de fysieke toestand in de verleden tijd.
Met de imperfecto beschrijf je ook het karakter en emotionele status van een persoon in de verleden tijd.
7) Yo no podía mover mi cuerpo.
6) El dios Quetzalcoatl sentía compasión por los hombres.
5) Yo estaba enfermo.
4) Los aztecas eran inteligentes.
3) La diosa era muy guapa.
2) Nadie sabía del secreto.
1) Juan tenía quince años.
Slide 30 - Sleepvraag
FIN DEL QUIZ
Slide 31 - Tekstslide
Wat heb je deze les geleerd?
Slide 32 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
CLASE 5VWO - QUIZ los pasados!
2 dagen geleden
- Les met
32 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Los tres pasados
Januari 2023
- Les met
46 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
CLASE 5VWO - QUIZ los pasados!
Januari 2021
- Les met
39 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
CLASE 5VWO - QUIZ los pasados!
September 2021
- Les met
45 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Los pasados
Oktober 2022
- Les met
18 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Los tiempos del PASADO - Gramática C - Página 79 - Paso Adelante 4 - unidad 2
Januari 2024
- Les met
30 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Verleden tijden v4
Maart 2024
- Les met
26 slides
Spaans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
El Indefinido havo 3
Mei 2024
- Les met
22 slides
Spaans
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 3