Non verbale communicatie

Non verbale communicatie 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Non verbale communicatie 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbaal en non-verbaal
Verbale communicatie: alle communicatie met woorden, gesproken en geschreven.

Non-verbale communicatie: alle communicatie zonder woorden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het opmerken van bijzonder gedrag is binnen je beroep een belangrijke vaardigheid. 
Je signaleert en speelt in op wat je ziet. 
Wat je ziet is een onderdeel van non-verbale communicatie. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel 
  • Je herkent non-verbale signalen bij de ander 
  •  Je kan betekenis geven aan non-verbale signalen 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vijf communicatiecategorieën van non-verbale communicatie 

  1. peri-verbaal
  2. para-verbaal
  3. infra-verbaal
  4. supra-verbaal
  5. pre-verbaal  

Slide 5 - Tekstslide

Peri-verbaal = tijd en ruimte hebben invloed op gedrag (lift - open ruimte is ander gedrag)
Para-verbaal = hoe je iets zegt (toon/ boodschap gelijk aan elkaar)
Infra-verbaal = zaken die onbewust een rol spelen (geuren en kleuren) 
Supra-verbaal = uiterlijk 
Pre-verbaal = lichaamstaal 
Waar denk je aan bij non-verbale communicatie?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

5. Lichaamstaal (ook wel pre-verbaal)
Houding
Beweging
Gebaren
Gezichtsuitdrukking

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Lichaamstaal
Kan heel subtiel

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Uiterlijk / Voorkomen (Supra-verbaal)
Kleding
Sieraden
Auto
Accessoires

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Uiterlijk / Voorkomen
8 personen
- Eerste indruk + / -
- Wie wordt je collega
- Wie wordt teamleider
- Wat beïnvloedt jou

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

3. Geuren en kleuren (infra-verbaal)
Geuren en kleuren van mensen
Geuren en kleuren van omgeving / inrichting
 beïnvloeden de stemming en de interpretatie

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Geuren en kleuren

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Stemgebruik (para-verbaal)
Hoe je zegt wat je zegt:
heeft grote invloed op je communicatie.
Filmpje in 2 rondes:
1. Zonder geluid - wat gebeurt hier - objectief / subjectief
2. Met geluid - hoe komt dit over

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Stemgebruik (para-verbaal)
Hoe je zegt wat je zegt:
- Toon
- Intonatie
- Stemgebruik
- Volume

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1. Ruimte en tijd (peri-verbaal)
De ruimte die je kiest heeft invloed op de communicatie (gesprek in de kamer van cliënt of in het kantoor van de manager, met een bureau ertussen)

Het tijdstip dat je kiest heeft invloed op de communicatie / het gesprek (bv een zwaar onderwerp bespreken net voor het eind van het gesprek).

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onder welke categorie valt de volgende foto? 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

supra verbaal 
Onder welke categorie valt de volgende foto? 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

pre-verbaal 

Ingaan op verschillende mimiek en interpretatie hiervan. 
Non-verbale communicatie 
Communicatie zonder woorden, denk aan: 
1. Ruimte en tijd
2. Stemgebruik
3. Geuren en kleuren
4. Uiterlijk
5. Lichaamstaal (vergeet niet (gepaste) aanraking)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan welke manier van communicatie kun je zien hoe het met iemand gaat?
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een mail schrijven is een vorm van:
A
Non-verbale communicatie
B
Verbale communicatie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je communiceert altijd, vaak onbewust. 

Verbale communicatie en non-verbale communicatie vullen elkaar aan 

De taal van het lichaam is een belangrijk onderdeel van persoonlijke communicatie tussen jou en de cliënt 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Je werkt als begeleidster op een dagbesteding. Jasmijn is een van de cliënten. Normaal gesproken is Jasmijn een vrolijk en zeer aanwezige cliënt. Vandaag komt ze echter heel stil binnen en gaat rustig aan een tafeltje zitten.
Wat neem je waar (non-verbale communicatie)? Wat is je interpretatie? Welke actie onderneem je?

Slide 27 - Open vraag

Non-verbale communicatie: stil, rustig zitten. 

Interpretatie = er is wat aan de hand

Actie = gesprek aangaan
Je werkt in de gehandicaptenzorg. Je begeleidt Joke bij bij het wassen en aankleden. Tijdens het wassen merk je dat ze snel en met geluid ademt en zich vastgrijpt aan de deurklink.
Wat neem je waar. Wat is je interpretatie? Wat doe je?

Slide 28 - Open vraag

non verbale communicatie: kortademig 

Actie: 
Vragen ( & doorvragen)
Bespreken collega
Huisarts 

Casus 
Tina werkt als zorghulp in verpleeghuis Jaffa. Ze doet dit werk nu al weer drie jaar. Ze is in het verpleeghuis blijven werken nadat ze daar haar stage voor de opleiding medewerker maatschappelijke zorg heeft gedaan. Tina werkt op de afdeling langdurige zorg. Veel van de cliënten op de afdeling van Tina zijn volledig afhankelijk van de zorg die hun wordt geboden. Tina is vanochtend bezig met de persoonlijke verzorging van een cliënt. Mevrouw de Beers is pas opgenomen. Zij heeft een beroerte (CVA) gehad en moet op de douchebrancard worden gewassen.
Mevrouw de Beers kan door haar beroerte niet meer praten, dus niet meer verbaal haar wensen duidelijk maken.
Wanneer Tina samen met de stagiaire mevrouw de Beers op de brancard heeft geplaatst en met het wassen is begonnen begint mevrouw heel hard te krijsen. Het is Tina wel duidelijk dat mevrouw het niet prettig vindt dat zij wordt gewassen. Tina ziet echter ook dat er al behoorlijk wat vuil is vastgekoekt. In het haar van mevrouw zitten ook al wat vieze slierten waarin duidelijk resten van eten hebben gezeten. Tina twijfelt wat ze zal doen. Ze weet dat haar collega de vorige keer ook het probleem had. Deze heeft het wassen toen maar zonder te douchen gedaan.
De stagiaire van Tina kijkt ook erg verschrikt bij het doordringende gekrijs van mevrouw de Beers. Een collega komt ook al binnen om te kijken of er soms problemen zijn.
Iedereen is nog geschrokken van het bericht in de krant dat er pas in een ander verpleeghuis een cliënt ernstig is verbrand tijden het douchen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen: 
  1. Welke non-verbale signalen lees je terug? 
  2. Hoe interpreteer je de signalen? 
  3. Welke actie ga je uitzetten? 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Tips?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies