H3.2: Verschuiving van vraag en aanbod
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
ddkke
Door milieuregelgeving mogen dieselwagens in steeds minder steden binnen.
Wat gebeurt er met de markt van dieselwagens?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 2 - Quizvraag
ddkke
Door een verlaging van de bedrijfsvoorheffing hebben gezinnen meer inkomen. Wat gebeurt met de markt van ijsjes?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 3 - Quizvraag
ddkke
Wat gebeurt er als de vraag daalt?
A
De vraagcurve verschuift naar links
B
De aanbodcurve verschuift naar links
C
De vraagcurve verschuift naar rechts
D
De aanbodcurve verschuift naar rechts
Slide 4 - Quizvraag
ddkke
Door het natte weer mislukt de aardappeloogst. Wat gebeurt er met de markt van chips?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 5 - Quizvraag
ddkke
Wat gebeurt er als het aanbod stijgt?
A
De vraagcurve verschuift naar links
B
De aanbodcurve verschuift naar links
C
De vraagcurve verschuift naar rechts
D
De aanbodcurve verschuift naar rechts
Slide 6 - Quizvraag
ddkke
In de vasten doen veel mensen mee met '40 dagen zonder vlees'. Wat gebeurt er met de markt voor vegetarische producten?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 7 - Quizvraag
ddkke
Er is een nieuwe streamingdienst die dezelfde films als in de filmzaal voor thuis aanbiedt, als je met twee kijkt is het goedkoper dan naar de film te gaan. Wat gebeurt met de bioscoopmarkt?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 8 - Quizvraag
ddkke
Om de CO2-normen te halen, verhoogt de overheid de taksen op fossiele brandstoffen. Wat gebeurt er met de markt voor diesel?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 9 - Quizvraag
ddkke
Om de CO2-normen te halen, verhoogt de overheid de taksen op fossiele brandstoffen. Wat gebeurt er met de markt voor elektrische wagens?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 10 - Quizvraag
ddkke
De populatie van België verouderd, voor het eerst zien we een krimpende bevolking. Wat gebeurt er op de markt van water?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 11 - Quizvraag
ddkke
Wat gebeurt er als de vraag stijgt?
A
De vraagcurve verschuift naar links
B
De aanbodcurve verschuift naar links
C
De vraagcurve verschuift naar rechts
D
De aanbodcurve verschuift naar rechts
Slide 12 - Quizvraag
ddkke
Door een technologische verbetering kan een hectare grond meer tarwe opbrengen. Wat gebeurt er met de markt van het brood?
A
De vraag stijgt
B
De vraag daalt
C
Het aanbod stijgt
D
Het aanbod daalt
Slide 13 - Quizvraag
ddkke
Een toename van de vraag naar huizen bij de huidige prijzen zou het gevolg kunnen zijn van:
A
een toename van het aantal kinderen per gezin
B
een stijging van het reële inkomen
C
een verhoging van de intrestvoet
D
een afname van de bevolking door emigratie
Slide 14 - Quizvraag
ddkke
Welke factor zal de vraagcurve naar frisdranken naar rechts doen verschuiven?
A
een verhoging van de prijs naar frisdrank
B
een campagne rond gezond eten
C
een uitzonderlijke warme zomer
D
een afname van het inkomen van de consument
Slide 15 - Quizvraag
ddkke
Paardenvlees kan als een inferieur goed worden beschouwd. We stellen plots een sterke stijging van de vraag naar paardenvlees vast. Wat kan de oorzaak niet zijn?
A
een afname van het inkomen van de consument
B
een prijsstijging van rundsvlees
C
een prijsdaling van rundsvlees
D
een hormonen-schandaal bij productie van rundsvlees
