Les 4: Overheidsinterventies

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er als er geen sociale zekerheid is?

Slide 10 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is solidariteit?

Slide 12 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
De overheid verhoogt de BTW op alcoholische dranken.
A
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt toe.
B
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt af.
C
De hoeveelheid neemt af, de prijs blijft gelijk.
D
De hoeveelheid neemt toe, de prijs blijft gelijk.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
De overheid verlaagt de BTW op maandverband.
A
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt toe.
B
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt af.
C
De hoeveelheid neemt af, de prijs blijft gelijk.
D
De hoeveelheid neemt toe, de prijs blijft gelijk.

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
De overheid geeft een premie om een elektrische wagen te kopen.
A
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt toe.
B
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt af.
C
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt af
D
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt toe.

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
De overheid schaft premies voor zonnepanelen af.
A
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt toe.
B
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt af.
C
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt af
D
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt toe.

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
De overheid legt een maximumprijs op voor gas en elektriciteit. 
A
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt toe.
B
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt af.
C
De hoeveelheid neemt af, de prijs neemt af
D
De hoeveelheid neemt toe, de prijs neemt toe.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zou de marktprijs niet altijd een correcte prijs zijn?

Slide 34 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke positieve en negatieve effecten zou een festival kunnen hebben?

Slide 36 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.
Welke positieve en negatieve gevolgen zou het aanleggen van een nieuw park kunnen hebben?

Slide 37 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.
Er komt een heel effectief medicijn tegen obesitas op de markt, dat de werking van de stofwisseling aanpast zodat mensen veel gemakkelijker hun energie-inname en gebruik in evenwicht krijgen. Wat zijn de positieve en negatieve gevolgen hiervan?

Slide 38 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.
Er komen een nieuw soort mini-windmolen op de markt, die je op je dak kan installeren en voldoende energie oplevert voor een gezin. Samen met een batterij ben je dan zelfvoorzienend. Wat zijn de positieve en negatieve gevolgen hiervan?

Slide 39 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ddkke
: In het voorjaar van 2024 regende het uitzonderlijk meer, en door de lage temperaturen daalde de vraag naar kraantjeswater met 10%. Wat gebeurt er met de prijs en de hoeveelheid?

A
Prijs daalt, hoeveelheid stijgt
B
Prijs daalt, hoeveelheid daalt
C
Prijs daalt, we weten niet wat er met de hoeveelheid gebeurd.
D
Prijs stijgt, we weten niet wat er met de hoeveelheid gebeurd.

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom stijgt de waterprijs?
Lees het artikel

Slide 43 - Woordweb

Activeer de voorkennis met een centrale vraag waar leerlingen antwoorden kunnen typen in een woordweb.

Indien je wil, kan je de timer ook verwijderen.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies