Thema 6, basisstof 6
1 / 19
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke blessure(s) heb jij wel eens gehad?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat is volgens jou de definitie van een blessure?
Slide 5 - Open vraag
Welke spierblessure is het meest voorkomend?
A
Spierscheuring
B
Zweepslag
C
Spierpijn
D
Spierkramp
Slide 6 - Quizvraag
Zweepslag is een voorbeeld van
A
Spierscheuring
B
Spierkramp
C
Spierpijn
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Gipsverband bij spierscheuring, ja of nee?
A
Ja, de spier moet rust krijgen
B
Nee, de spier moet in beweging blijven
C
Ja, de spier moet in beweging blijven
D
Nee, de spier moet rust krijgen
Slide 9 - Quizvraag
Waarom maakt een dokter bij een botbreuk een Röntgenfoto?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Wat gebeurt er bij een verzwikking?
A
Het gewrichtskapsel en de kapselbanden rekken uit
B
Het gewrichtskapsel scheurt
C
Het gewricht gaat uit de kom
D
Er ontstaat snel een blauwe plek
Slide 12 - Quizvraag
Wanneer kan je last krijgen van een tennisarm?
Slide 13 - Open vraag
De arm is uit de kom
Blauwe plek door stomp
Enkel klapt dubbel
Elleboog is ontstoken door overbelasting
Een arts moet de botten zetten
Kuitspier is beschadigd bij een zweepslag
Botbreuk
Kneuzing
Ontwrichting
Spierscheuring
Tennisarm
Verzwikking
