In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Hoeveel seconden zitten er 1 uur?
A
60 s
B
360 s
C
3600 s
D
6000 s
Slide 1 - Quizvraag
1.5 LENGTE EN TIJD
Je leert...:
...wat een grootheid is
...wat een eenheid is
...het verschil tussen analoge en digitale meetapparatuur
...lengte meten in centimeter en millimeter
Slide 2 - Tekstslide
MEETAPPARATUUR
STOPWATCH LINIAAL WEEGSCHAAL THERMOMETER
Slide 3 - Tekstslide
ANALOOG
DIGITAAL
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
WAT IS ER HET MEEST GESCHIKT?
Je kunt meten hoe lang iets is. Je bent dan de grootheid lengte aan het meten. Om lengte te meten gebruik je meetapparatuur dat past bij de lengte die je gaat meten.
Slide 6 - Tekstslide
Kijk goed waar de "nul" begint...
Kijk goed waar de "nul" begint...
DE LINIAAL
Slide 7 - Tekstslide
VERSCHILLENDE EENHEDEN
"Kilo" betekent hetzelfde als duizend.
1 Kilometer betekent dus 1.000 meter 1 Kilogram betekent dus 1.000 gram
"Milli" betekent hetzelfde als één duizendste deel
1.000 millimeter betekent dus 1 meter
1.000 milliliter betekent dus 1 liter
Slide 8 - Tekstslide
VRAGEN?
Slide 9 - Tekstslide
1.5 LENGTE EN TIJD
Je hebt geleerd...:
...wat een grootheid is
...wat een eenheid is
...het verschil tussen analoge en digitale meetapparatuur
...lengte meten in centimeter en millimeter
Slide 10 - Tekstslide
OPDRACHTEN
BK: Lees de teksten en maak opdrachten 1 tot en met 14 (blz. 36 tot en met blz. 45)