Vanaf de 2e eeuw handel met Aziatische landen. Hierdoor meerdere culturele invloeden:
Schrift uit India
Chinese munten bij handel
Boeddhisme en hindoeïsme --> tempels
Vanaf 16e eeuw: Islam belangrijkste godsdienst
Slide 8 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
A
De Indische eilanden vóór 1600
Koninkrijk Soenda (op Java):
Handelden met andere eilanden via hun havensteden zoals Jakarta en Bantam
1579: veroverd door de Islamieten: stichting sultanaat Bantam
Atjeh:
1520: Islamitisch sultanaat
Belangrijke schakel in handel tussen eilanden en vaste land
Handel in specerijen. => Atjeh werd rijk
Tempels, paleizen, sterke oorlogsvloot
Slide 9 - Tekstslide
Steen met schrift uit het koninkrijk Sriwijaya (eind 7e tot 13e eeuw) op het Indische eiland Sumatra
Slide 10 - Tekstslide
Wat over de bron is waar?
A
Het eiland Sumatra had schrift, wat wijst op een ontwikkelde samenleving
B
Het koninkrijk Sriwijaya was waarschijnlijk het enige Indische rijk met schrift
C
Deze bron is waarschijnlijk geschreven door Nederlandse handelaren
D
Deze bron komt uit een samenleving van jagers en verzamelaars
Slide 11 - Quizvraag
Hieronder staan vier feiten over het Indische rijk Modjohit. Geef bij elk kenmerk aan of het een cultureel of een economisch kenmerk is, of geen van beide.
Cultureel
Economisch
Geen van beide
Modjohit beheerste veel handelsroutes
Modjohit had een koning
Modjohit ontstond rond 1300 op Java
Modjohit was hindoe-boeddhistisch
Slide 12 - Sleepvraag
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
Leerdoel:
Je kunt beschrijven hoe de VOC handeldreef in Oost-Indië
Tot 1596: handel voeren met Portugezen, wat erg duur was
Nederland wilde zelf een route vinden naar Azië toe. Dit lukte in 1596.
Slide 13 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
1602: oprichting Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC).
Doel: concurrentie voorkomen. De VOC kreeg het handelsmonopolie. Alleen schepen van de VOC mochten handel voeren.
Handelsposten op Java, India, China, Japan. Belangrijkste: Batavia op Java
Fort, haven, pakhuizen, woningen VOC-bestuurders en soldaten
Slide 14 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
B
De VOC in Oost-Indië
VOC mocht oorlog voeren en volkeren met geweld dwingen tot samenwerking
Genocide van Banda (1621)
VOC voerde oorlogen om handelsposten te stichten. Veel meer gebied had de VOC niet
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Welk recht kon de VOC gebruiken om de bevolking op de Indische eilanden tot samenwerking te dwingen?
A
Het recht om een handelsmonopolie op te richten
B
Het recht om een handelsroute naar Azië te vinden
C
Het recht om handelsposten te vestigen
D
Het recht om oorlog te voeren en forten te bouwen
Slide 17 - Quizvraag
Wat was een belangrijk argument voor inwoners van de Indische eilanden om niet te willen samenwerken met de VOC?
A
De VOC wilde de bevolking bekeren tot een ander geloof
B
De VOC wilde de handel met Chinese, Portugese of Arabische handelaren verbieden
C
De VOC wilde de winst van de handel in specerijen delen met andere handelaren
D
De VOC wilde het hele eiland veroveren
Slide 18 - Quizvraag
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
Leerdoel:
Je kunt uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde
Begrippen:
Indirect bestuur
Gouverneur-generaal
Pacificatie
1798: VOC gaat failliet. Staat neemt alle bezittingen over.
De gebieden van Oost-Indië wordt een kolonie: Nederlands- Indië.
Koninklijk Nederlands-Indisch leger
Modern imperialisme
Slide 19 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
1800: Modern imperialisme
Drie oorzaken:
grondstoffen voor de industrie
het gaf je aanzien
Europeanen voelden zich het beste. Vonden dat ze recht hadden om andere volken te overheersen
Dit wilde Nederland ook
Kan jij deze spotprent uitleggen?
Slide 20 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
Nederland richt het Koninklijke Nederlands-Indisch Leger (KNIL) op. Doel: alle eilanden veroveren.
Officieren waren Nederlanders, soldaten waren inheemse bewoners.
1873: Atjeh
Nederland noemde veroveren pacificatie: brengen van vrede
Zag de inheemse bevolking dit ook zo?
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Video
Jan Pieterszoon Coen
Slide 24 - Tekstslide
§1.1
Van vorstendommen tot kolonie
BASIS
C
De kolonie Nederlands-Indië
Indirect bestuur
Gouverneur-generaal
Residenten
Regenten
Dorpshoofden
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Jaartallen uit deze les
1596 - Nederlandse handelsschepen komen aan in de haven van Bantam (Java)
1602 - Oprichting VOC
1621 - Genocide op Banda (eilandengroep)
1798 - VOC failliet
1800 - begin modern imperialisme
1873-1903 - Atjeh-oorlog
Slide 27 - Tekstslide
Welke zin past bij het indirecte bestuur in Nederlands-Indië?
A
Dorpshoofden wijzen een Gouverneur-Generaal aan
B
Nederlanders sturen regenten aan die hun eigen gebied besturen
C
Onafhankelijke Indische dorpshoofden besturen hun eigen gebied
D
Regenten geven bevelen aan Nederlandse residenten
Slide 28 - Quizvraag
Hoe werden de Indische bestuurders genoemd, die door Nederland werden benoemd?