Hygiene in de keuken

Hygiëne in de keuken
Algemeen/aanwezigheid                   5 minuten

Terugblik vorige les                               10 minuten

Mindmap koken in de keuken          10 minuten

LessonUp                                                   30 minuten

Opdracht                                                    30 minuten
Hoe ziet jouw ideale manier van hygiëne''route'' in de keuken eruit?     

                                                   Evaluatie van de les                              10 minuten                                                       



1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Hygiëne in de keuken
Algemeen/aanwezigheid                   5 minuten

Terugblik vorige les                               10 minuten

Mindmap koken in de keuken          10 minuten

LessonUp                                                   30 minuten

Opdracht                                                    30 minuten
Hoe ziet jouw ideale manier van hygiëne''route'' in de keuken eruit?     

                                                   Evaluatie van de les                              10 minuten                                                       



Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les weet je:
- De hygiëne- en veiligheidsregels in de keuken.
- Waar je de verschillende materialen voor moet gebruiken.
- Hoe je handen te wassen.
- Hoe je af moet wassen.
- Welke kleur snijplank voor welk voedingsmiddel is bedoeld.

Slide 2 - Tekstslide

Koken in de keuken

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Hygiëne in de keuken
1. Lange broek aan.
2. Platte en dichte schoenen aan.
3. Geen jas aan.
4. Lange mouwen opgestroopt.
5. Doe hand en polssieraden af (horloge, ringen, armanden).
6. Doe een schort om.
7. Doe je (lange) haar vast.
8. Was je handen.


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Tips!

Theedoek = voor de afwas
Handdoek = voor je handen
Vaatdoek = voor het schoonmaken van het aanrecht
* Lees je recept van te voren/streep weg wat je al hebt gedaan!
* Pak je ingrediënten in een keer!
* Was groente en fruit van te voren!
* Was je handen na het snijden van vlees!

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Salmonella
Salmonella is een bekende en ziekmakende bacterie. Salmonella kan voorkomen in rauwe dierlijke producten, zoals vlees, vis en eieren, en op rauwe groente, kiemgroente en fruit.

Door hygiënisch te werken kan besmetting voorkomen worden. Bak vlees door en door gaar en was groente en fruit onder stromend water. Vooral na het aanraken van rauw vlees, is het belangrijk om handen goed te wassen.




Slide 11 - Tekstslide

Kruisbesmetting
Bij kruisbesmetting komen er ziekmakende bacteriën van het ene product op het andere.
Op rauw voedsel, vooral vlees, kip of vis en in hun druipvocht kunnen ziekmakende bacteriën zitten. Deze kunnen tijdens het klaarmaken ander voedsel besmetten. 

Door rauw en bereid voedsel van elkaar gescheiden te houden, schone materialen te gebruiken en je handen goed te wassen is kruisbesmetting te voorkomen.

Slide 12 - Tekstslide

Welke kleur snijplank gebruik je voor de volgende producten?
Groente en fruit
Rauw vlees
Kaas en brood
Gebraden vlees
Vis
Gevogelte

Slide 13 - Sleepvraag

de dunschiller
de gieter
het vergiet
de spatel
de hark
de afwasborstel

Slide 14 - Sleepvraag

Veilig
Niet Veilig
1. Gas aanlaten, terwijl je niet in de keuken bent.
2. Je haren in een staart doen.
3. Een schort omdoen.
4. Met een mes door de keuken lopen.
Loopt onnodig veel heen en weer om spullen te pakken.
Gebruikt de juiste kleur plank.

Slide 15 - Sleepvraag

Sleep het woord naar het goede plaatje
het afwasmiddel
de afwasborstel
het vaatdoekje
de 
theedoek

Slide 16 - Sleepvraag

Wat heb ik nodig bij afwassen? 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Volgorde afwassen

1. Verwijder etensresten van de vuile vaat.

2. Voeg een theelepel afwasmiddel toe.

3. Leg vuil bestek in de teil(weken)

4. Plaats kopjes en kommetjes in de teil en maak dezde schoon.

5. Was borden en de geweekte pannen.

6. Leg je schone vaat te drogen op een droogrek.

Slide 19 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met hygiëne?
A
Een gerecht klaarmaken
B
Boodschappen halen
C
Maatregelen, dingen die je doet, om ziektes te voorkomen.
D
Bacteriën die mensen ziek maken.

Slide 20 - Quizvraag

Door welke bacteriën wordt bederf van dierlijke voedingsmiddelen vaak veroorzaakt?
A
Mitella-bacteriën
B
Legionella-bacteriën
C
Kruis-bacteriën
D
Salmonella-bacteriën

Slide 21 - Quizvraag

Kruisbesmetting ontstaat als je:
A
De juiste snijplanken gebruikt.
B
Je handen wast.
C
Groente snijdt op een plank waar rauwe kip op heeft gelegen.
D
Een schort om hebt.

Slide 22 - Quizvraag

Aan welke veiligheidsregels moeten we ons houden in de keuken?

Slide 23 - Open vraag

Veiligheidsregels
* Je luistert naar de instructie
* Je blijft bij je eigen keukenblok
* Je praat rustig
* Je loopt rustig
* Je gaat voorzichtig met het materiaal om (bijvoorbeeld:niet zwaaien of lopen met messen).
* Je steekt je hand op als je een vraag hebt en wacht tot de docent je komt helpen.
* Je werkt in je tweetal en bemoeit je niet met anderen.
* Je gebruikt alleen het materiaal uit jouw keukenblok. 

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht Poster
Maak in tweetallen een poster over de hygiëne- en veiligheids- regels in de keuken!

Slide 25 - Tekstslide

Veiligheidsregels:

* Je luistert naar de instructie
* Je blijft bij je eigen keukenblok
* Je praat rustig
* Je loopt rustig
* Je gaat voorzichtig met het materiaal om (bijvoorbeeld:niet zwaaien of lopen met messen).
* Je steekt je hand op als je een vraag hebt en wacht tot de docent je komt helpen.
* Je werkt in je tweetal en bemoeit je niet met anderen.
* Je gebruikt alleen het materiaal uit jouw keukenblok.
Hygiëne- regels: 

* Lange broek aan.
* Platte en dichte schoenen aan.
* Geen jas aan.
* Lange mouwen opgestroopt.
* Doe hand en polssieraden af (horloge, ringen, armanden).
* Doe een schort om.
* Doe je (lange) haar vast.


Slide 26 - Tekstslide

Wat heb ik geleerd deze les?
tip/top

Slide 27 - Woordweb