Les 05: De eerste steden

Wereldoriëntatie
De eerste steden
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Wereldoriëntatie, NT2Middelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wereldoriëntatie
De eerste steden

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Ik kan uitleggen wat jagers & verzamelaars zijn
  • Ik kan uitleggen wat een ijstijd is
  • Ik kan 3 voorbeelden geven van hoe de jagers & verzamelaars leefden
  • Ik kan een voorbeeld geven van een ongeschreven bron
  • Ik kan uitleggen wat de landbouwrevolutie is

Slide 3 - Tekstslide

Woordenschat
  1. de ijstijd= een periode waarin het heel koud is, een glaciaal
  2. het klimaat= gemiddelde weer over een periode van minimaal 30 jaar
  3. de bron= iets waar jij informatie uit haalt
  4. de landbouw= het bewerken van het land voor voedsel (akkerbouw) en het houden van dieren voor eten (veeteelt)
  5. de veeteelt= het houden van dieren voor eten
  6. de revolutie= een grote verandering in een korte tijd
  7. de boer= iemand die het land bewerkt of dieren houdt
  8. de samenleving=  alle mensen samen en hoe ze met elkaar omgaan; de maatschappij
  9. de hunebed= een stenen begraafplaats uit de prehistorie

Slide 4 - Tekstslide

0

Slide 5 - Video

Lesdoelen
  • Ik kan uitleggen wat oorzaak en gevolg is
  • Ik kan uitleggen wat een hiërarchie is
  • Ik kan drie verschillen noemen tussen een stedelijke samenleving en de leefwijze van  jagers&verzamelaars
  • Ik kan een voorbeeld geven van een geschreven bron

Slide 6 - Tekstslide

de eerste steden

Slide 7 - Tekstslide

De eerste beschavingen

de beschaving= een verstandige samenleving waar mensen een taal, geloof, gebouwen en technologie hebben

Slide 8 - Tekstslide

beschavingen over de wereld

Slide 9 - Tekstslide

Mesopotamië
beschaving

Slide 10 - Tekstslide

Inca's
cultuur

Slide 11 - Tekstslide

De indusbeschaving

Slide 12 - Tekstslide

Egypte
beschaving

Slide 13 - Tekstslide

China
beschaving

Slide 14 - Tekstslide

Wanneer is iets een beschaving?



  • taal (gesproken of schrift)
  • geloof (godsdienst)
  • gebouwen (architectuur)
  • technologie (gereedschap)

Slide 15 - Tekstslide

godsdienst= een soort geloof
de priester= iemand die werkt voor het geloof

Slide 16 - Tekstslide

de oorzaak= waardoor iets komt/gebeurt

Het regent

Ik ben irritant

Ik zet mijn wekker niet

Mensen leren landbouw
het gevolg= wat na iets komt/gebeurt

Ik word nat

Mensen worden boos

Ik kom te laat

?

Slide 17 - Tekstslide

irrigatie
water

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat is er nodig voor een stad?

Slide 20 - Tekstslide

genoeg voedsel
graan

Slide 21 - Tekstslide

de handel= een ding ruilen voor een ander ding/geld
de ambacht= een beroep met je handen

Slide 22 - Tekstslide

uitvinding shrift

Slide 23 - Tekstslide

geschreven bron
bron= iets waar jij informatie uit haalt

Vanaf 3.000 v.Chr. zijn er geschreven bronnen. Dit is het einde van de prehistorie

Slide 24 - Tekstslide

de eerste wet
wet= een belangrijke regel

Rond 1750 v.Chr. onstond de eerst wet. Koning Hammoerabi had deze gemaakt

Slide 25 - Tekstslide

De eerste wetten
1. Wie een ander onterecht van moord beschuldigt, wordt zwaar bestraft: de aanklager wordt ter dood gebracht.
2. Wie een ander beschuldigde en zijn beschuldiging kon bewijzen, kreeg een financiële beloning.
3. Als iemand een dier steelt zal deze het dertigvoudige moeten terugbetalen. Als hij niets heeft om mee te betalen zal hij gedood worden.

Slide 26 - Tekstslide

De eerste wetten
4. Als hij andermans been breekt, zal zijn been worden gebroken.
5. Als iemand het oog van een ander uitsteekt, zal zijn oog worden uitgestoken.
6. Als iemand het oog van een slaaf uitsteekt of diens been breekt, zal hij de helft van de waarde van de slaaf betalen.

Slide 27 - Tekstslide

de hiërarchie
hiërarchie= een groep mensen heeft meer macht of geld dan een andere groep

1. Vorst/koning bovenaan
2. Priesters
3. Ambtenaren
4. Boeren en amdachtslieden

Slide 28 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Ik kan uitleggen wat oorzaak & gevolg betekent
  • Ik kan uitleggen waar de eerste steden ontstaan
  • Ik kan uitleggen welke twee oorzaken belangrijk zijn voor het ontstaan van steden
  • Ik kan uitleggen wat hierarchie betekent en hier een voorbeeld van geven

Slide 29 - Tekstslide

Woordenschat
  1. de oorzaak= waardoor iets komt/gebeurt
  2. het gevolg= wat na iets komt/gebeurt
  3. de beschaving= een verstandige samenleving waar mensen een taal, geloof, gebouwen en technologie hebben
  4. de hiërarchie= iets/iemand is belangrijker dan een ander
  5. polytheïsme= het geloven in meerdere goden
  6. de godsdienst= een soort geloof
  7. de priester= iemand die werkt voor het geloof
  8. de ambtenaren= iemand die werkt voor de overheid
  9. de vorst= de koning
  10. de cultuur= al die dingen die mensen denken, doen en hebben
  11. de uitvinding= iets wat als eerste bedacht of gemaakt is

Slide 30 - Tekstslide