Onderzoeken (kennis ophalen, doelgericht opzoeken)
presenteren (overtuigen, uitleggen, doelgericht vertellen)
Ritmegevoel (ritmes herkennen, mee spelen, ritmes maken)
Noten lezen (muziek noten leren lezen en maken)
Optreden (performen, leren hoe je voor publiek kan optreden)