H4 1,2

Herhaling vorige les
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling vorige les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het belangrijkste verschil tussen de levensloop en de levenscyclus van een organisme?
A
Een levensloop gaat alleen over de voortplantingsfasen van een organisme, terwijl een levenscyclus alle stadia van groei en ontwikkeling omvat.
B
Een levenscyclus beschrijft de herhalende fasen van voortplanting bij een soort, terwijl een levensloop de unieke, eenmalige gebeurtenissen in het leven van een individu beschrijft.
C
Een levensloop herhaalt zich steeds opnieuw, terwijl een levenscyclus een eenmalig proces is.
D
Een levenscyclus beschrijft de groei van een organisme, terwijl een levensloop alleen de sterfte van een individu beschrijft.

Slide 2 - Quizvraag

Welk voorbeeld laat zien hoe nieuwe eigenschappen ontstaan op een hoger organisatieniveau in de biologie?
A
Een weefsel bestaat uit cellen die samenwerken om het leven van de weefsel mogelijk te maken.
B
Een orgaan, zoals het hart, kan bloed pompen, wat een functie is die niet door afzonderlijke cellen wordt uitgevoerd.
C
Moleculen vormen verbindingen zoals water, die belangrijk zijn voor het leven.
D
Atomen vormen moleculen die betrokken zijn bij chemische reacties.

Slide 3 - Quizvraag

H4 1.2 Organen weefsels en cellen
1.2.1 Je kunt orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen van een mens herkennen en hun kenmerken en functies beschrijven.
1.2.2 Je kunt beschrijven dat groepen cellen in een weefsel, orgaan of orgaanstelsel een gezamenlijke functie uitoefenen.
1.2.3 Je kunt bij (delen van) organismen het verband aangeven tussen vorm en functie.

Slide 4 - Tekstslide

Reproductie: Noem vier orgaanstelsels van het menselijk lichaam en geef één voorbeeld van een orgaan in elk van deze stelsels.

Slide 5 - Open vraag

Begrijpen: Leg uit hoe het spijsverteringsstelsel en het ademhalingsstelsel samenwerken om energie vrij te maken in het lichaam.

Slide 6 - Open vraag

Toepassen

Slide 7 - Open vraag

(R): Noem drie voorbeelden van weefsels in het menselijk lichaam en beschrijf hun hoofdfunctie.

Slide 8 - Open vraag

(T): Beschrijf hoe spierweefsel in de maagwand bijdraagt aan de gezamenlijke functie van het verteren van voedsel.

Slide 9 - Open vraag

Inzicht GEBRUIK JE BINAS

Slide 10 - Open vraag

Maak de volgende opdrachten
13, 14, 15, 16, 18, 19

Slide 11 - Tekstslide