Ontdek de wereld van ruimtefiguren!

Ontdek de wereld van ruimtefiguren!
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ontdek de wereld van ruimtefiguren!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je ribben, hoekpunten, platte vlakken en gebogen vlakken herkennen en benoemen.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel van de les aan de studenten.
Wat weet je al over ribben, hoekpunten, platte vlakken en gebogen vlakken?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ribben
Ribben zijn rechte lijnstukken die de zijden van een ruimtefiguur vormen.

Slide 4 - Tekstslide

Leg uit wat ribben zijn en geef voorbeelden van ruimtefiguren met ribben.
Hoekpunten
Hoekpunten zijn de punten waar de ribben van een ruimtefiguur samenkomen.

Slide 5 - Tekstslide

Beschrijf wat hoekpunten zijn en toon verschillende ruimtefiguren met hun hoekpunten.
Platte vlakken
Platte vlakken zijn de vlakke oppervlakken die de ruimtefiguur begrenzen.

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit wat platte vlakken zijn en illustreer dit met afbeeldingen van ruimtefiguren.
Gebogen vlakken
Gebogen vlakken zijn de kromme oppervlakken van een ruimtefiguur.

Slide 7 - Tekstslide

Definieer gebogen vlakken en geef voorbeelden van ruimtefiguren met gebogen vlakken.
Voorbeelden: Kubus
Een kubus heeft 12 ribben, 8 hoekpunten, 6 platte vlakken en geen gebogen vlakken.

Slide 8 - Tekstslide

Laat een afbeelding van een kubus zien en benoem de eigenschappen.
Voorbeelden: Bol
Een bol heeft geen ribben, geen hoekpunten, geen platte vlakken en alleen gebogen vlakken.

Slide 9 - Tekstslide

Toon een afbeelding van een bol en bespreek de kenmerken ervan.
Oefening
Bekijk de afbeelding van een willekeurige ruimtefiguur en identificeer de ribben, hoekpunten, platte vlakken en gebogen vlakken.

Slide 10 - Tekstslide

Projecteer een afbeelding van een ruimtefiguur en laat de studenten actief de verschillende elementen identificeren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.