H9.1 en 9.2

x 10 x 100 x 1000
Reken met nullen is eigenlijk heel eenvoudig. 
Bij x10 zet je een 0 achter het getal en bij x100 zet je twee nullen achter het getal. Kijk maar:
23 x 10 = 230
23 x 100 = 2300
23 x 1000 = 23000


1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

x 10 x 100 x 1000
Reken met nullen is eigenlijk heel eenvoudig. 
Bij x10 zet je een 0 achter het getal en bij x100 zet je twee nullen achter het getal. Kijk maar:
23 x 10 = 230
23 x 100 = 2300
23 x 1000 = 23000


Slide 1 - Tekstslide

: 10 : 100 : 1000
Reken met nullen is eigenlijk heel eenvoudig. 
Bij :10 haal je een 0 achteraan het getal weg en bij :100 haal je twee nullen achteraan het getal weg. Kijk maar:
48000 : 1000 = 48
48000 : 100   = 480
48000 : 10      = 4800


Slide 2 - Tekstslide

6 x 10 = 
6 x 100 = 
6 x 1000 = 

6000 : 10 =
6000: 100 =
6000: 1000 =

Slide 3 - Tekstslide

Als er een komma is... 

Als je vermenigvuldigt met 10, dan schuift de komma 1 plaats naar rechts.

Als je vermenigvuldigt met 100, dan schuift de komma 2 plaatsen naar rechts.


4,8 x 10 = 48
1,32 x 10 = 13,2
45,678 x 10 = 456,78

4,8 x 100 = 480
1,32 x 100 = 132
45,678 x 100 = 4 567,8

Slide 4 - Tekstslide

Delen en vermenigvuldigen met 10, 100 of 1000


0,37 x 10 =                                                    370 : 10 =


0,04 x 1000 =                                               49 : 1000 =


10 x 100 =                                                       5897 : 100 =

Slide 5 - Tekstslide

Bereken
(zonder rekenmachine):
21 x 10 =
timer
0:20
A
210
B
2100
C
2,1
D
2.1

Slide 6 - Quizvraag

Bereken
(zonder rekenmachine):
21 : 10 =
timer
0:20
A
210
B
2100
C
2,1
D
2.1

Slide 7 - Quizvraag

Bereken
(zonder rekenmachine):
2100 : 100 =
timer
0:20
A
210
B
2100
C
2,1
D
21

Slide 8 - Quizvraag

Bereken
(zonder rekenmachine):
10,3 x 10 =
timer
0:20
A
100,3
B
103,0
C
130,3
D
133,3

Slide 9 - Quizvraag

Bereken
(zonder rekenmachine):
10,03 x 10 =
timer
0:20
A
100,3
B
103,0
C
130,3
D
133,3

Slide 10 - Quizvraag

Bereken
(zonder rekenmachine):
10,03 x 100 =
timer
0:20
A
100,3
B
103,0
C
130,3
D
1003

Slide 11 - Quizvraag

Maken H9.1 en 9.2, succes!

Slide 12 - Tekstslide