rapporteren

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

White bord in teams laten zien wat studenten hebben beschreven

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het verstandig om te rapporteren of het verzorgend beleid ook naar wens verloopt?

Slide 7 - Open vraag

Je evalueert aan de hand van rapportages hoe de uitvoering verloopt. Je geeft de informatie kort en bondig weer in jouw rapportage. Deze rapportage wordt gebruikt om het zorgleefplan zo nodig bij te werken (bron learnbeat).

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdens een dienst verzamel je veel actuele informatie over een zorgvrager.

Hoe zorg je ervoor dat je in jouw rapportage niets vergeet en dat je rapportage actueel is?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je rapporteert met behulp van de denkhulp SOAP. Waar staan de letters SOAP voor?

Slide 18 - Open vraag

Subjectief - Objectief - Analyse - Plan van aanpak
Voor de rapportage kun je het hulpmiddel SOAP gebruiken.

Welke beweringen over rapportage met SOAP zijn juist?
A
je vermeld uitsluitend objectieve gegevens
B
je sluit af met een plan waarin je beschrijft wat je gaat doen
C
je analyseert de gegevens die je hebt verzameld
D
je gebruikt het om een nieuw doel en nieuwe acties te formuleren

Slide 19 - Quizvraag

Als je rapporteert met SOAP, vermeld je zowel subjectieve (S) als objectieve (O) gegevens. Je analyseert de gegevens (A) en je sluit af met een plan (P).

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

deel de volgende casussen uit op papier zodat de studenten deze makkelijk kunnen lezen.
Jouw collega heeft gerapporteerd over mevrouw Van Wijk.
Bekijk haar SOAP-rapportage. Wat zou jij daaraan verbeteren?
S: Mevrouw heeft een pijnlijke knie.
O: De knie lijkt wat dik. Mevrouw is van streek, maar vindt dat er niets hoeft te gebeuren. Mevrouw is gevallen en heeft haar knie bezeerd.
A: Het zal waarschijnlijk wel weer overgaan. Misschien even met de collega’s overleggen?
P: Overleg met collega’s over mogelijke acties.

Slide 23 - Open vraag

Deze hele rapportage klopt niet. Er staan objectieve elementen bij subjectief en andersom. De analyse is niet gebaseerd op de subjectieve en objectieve gegevens en is dus niet compleet. Hierdoor is het plan van aanpak niet concreet en duidelijk en blijft het vaag (bron learnbeat).

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de casus staat veel informatie over het gedrag van meneer Abdar.

Welke informatie uit de casus over het gedrag van meneer is een objectief gegeven?

Slide 25 - Open vraag

Een objectief gedragsgegeven uit de casus is: meneer vloekt en tiert. Dit is namelijk waarneembaar, iedereen heeft het kunnen horen.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies