Thermometer

Wat weet je nog?
Fasen en deeltjes model, hoe zat dat?
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat weet je nog?
Fasen en deeltjes model, hoe zat dat?

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Verschil waterdamp, nevel en stoom?

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog?
Cohesie en adhesie 

Slide 3 - Tekstslide

Welke vragen waren lastig?
Vraag 4.

Slide 4 - Tekstslide

Nieuwe leerdoelen deze week:
  • Je weet hoe je de temperatuur van de lucht om je heen kunt meten.
  • Je kunt de onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen en uitleggen hoe
deze werkt. 
  • Je kunt uitleggen wat de Celsiusschaal en het meetbereik van een thermometer zijn.
  • Je kunt een thermometer voorzien van een schaalverdeling in graden Celsius.
  • Je weet dat het smeltpunt van ijs (het vriespunt van water) 0 °C is en het kookpunt van water 100 °C.
Voor vwo ook:
  • Je kunt uitleggen hoe je met een datalogger meet hoe de temperatuur in een bepaalde tijd verandert.

Slide 5 - Tekstslide

Wat weet je al?
Kun je met je zintuigen de temperatuur bepalen?

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet je al?
Wat is de grootheid en eenheid bij temperatuur?

Slide 7 - Tekstslide

Wat weet je al?
Wat bedoelen we met het meetbereik?
En met de schaalverdeling?

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet je al?
Welke thermometer is nauwkeuriger en waarom?
De koortsthermometer of de oventhermometer?


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Je kunt een thermometer voorzien van een schaalverdeling in graden Celsius.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Leerdoelen:
• Je weet hoe je de temperatuur van de lucht om je heen kunt meten.
• Je kunt de onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen en uitleggen hoe
deze werkt.
• Je kunt uitleggen wat de Celsiusschaal en het meetbereik van een thermometer zijn.
• Je kunt een thermometer voorzien van een schaalverdeling in graden Celsius.
• Je weet dat het smeltpunt van ijs (het vriespunt van water) 0 °C is en het kookpunt van water 100 °C.



Bereik je o.a. door:
-De antwoorden van de opdrachten te controleren.
-Je kennis van paragraaf 2 formatief te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het koudste ?
A
10 graden celsius
B
80 graden Fahrenheit
C
273 Kelvin

Slide 14 - Quizvraag

Meneer Celsius maakte de voor ons bekende thermometer met hulp van
A
Meneer Fahrenheit
B
ijs
C
zijn lichaamstemperatuur en het koudste wat hij had in zijn laboratorium
D
smeltend ijs in water dat hij 0 graden noemde

Slide 15 - Quizvraag

welke 2 onderdelen horen bij een (vloeistof)thermometer ?
A
reservoir en schaalverdeling
B
stijgbuis en schaalverdeling
C
reservoir en stijgbuis
D
vloeistof en glas

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noem je de 'streepjes' en getallen op een thermometer ?
A
de meetwaardes
B
de temperatuur in graden Celsius
C
ijkwaarden
D
schaalverdeling

Slide 17 - Quizvraag

Waar is de stijging van een thermometer van afhankelijk ?
A
van de temperatuur natuurlijk
B
van de luchtdruk
C
of je koorts hebt
D
van de breedte van de buis en de temperatuur

Slide 18 - Quizvraag

Van welk principe maakt een thermometer gebruik ?
A
van smeltend ijs in water
B
van het principe: meten is weten
C
uitzetting
D
warmte geleiding

Slide 19 - Quizvraag

Welke vloeistof zit er tegenwoordig in de meeste thermometers ?
A
kwik
B
alcohol
C
Water met een kleurtje
D
rode infra

Slide 20 - Quizvraag