V3 Modalverben

Die Modalverben
Modale hulpwerkwoorden: 
- werkwoorden die nooit alleen in de zin staan
- werkwoorden waarvan het enkelvoud vaak heel anders is dan het meervoud

können, müssen, sollen, dürfen, wissen, wollen, mögen, möchten
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Die Modalverben
Modale hulpwerkwoorden: 
- werkwoorden die nooit alleen in de zin staan
- werkwoorden waarvan het enkelvoud vaak heel anders is dan het meervoud

können, müssen, sollen, dürfen, wissen, wollen, mögen, möchten

Slide 1 - Tekstslide

Beispiel
ich will                   wederom de ich en er/sie/es-vorm hetzelfde
du willst                net zoals bij haben/sein/werden in de VT
er/sie/es will                

wir wollen            de klinker in het meervoud is anders
ihr wollt
sie/Sie wollen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de vertaling van 'weten'?
A
können
B
wissen
C
wollen
D
dürfen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de vertaling van 'willen (wens)'
A
wollen
B
müssen
C
können
D
möchten

Slide 4 - Quizvraag

wollen

heel sterk
Ich will, dass du ehrlich bist.
willen (wens)

wens of beleefdheid
Ich möchte einkaufen gehen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is de vertaling van 'leuk vinden/aardig vinden/ lusten'?
A
möchten
B
dürfen
C
mögen
D
sollen

Slide 6 - Quizvraag

Juist of onjuist: moeten (het kan niet anders) = sollen & moeten (wil van een ander) = müssen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

müssen = moeten

noodzaak / het kan niet anders 
Ich muss zur Toilette.

vaak als er in de zin staat: auf jeden Fall of unbedingt
sollen = moeten

de wil van een ander
Er soll sich beim Direktor melden.

vraag naar een mening
Was soll ich heute Abend anziehen?

Slide 8 - Tekstslide

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
mag
mag
mögen
mögt
mögen
magst

Slide 9 - Sleepvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
dürft
darf
dürfen
darf
darfst
dürfen

Slide 10 - Sleepvraag

ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
kannst
kann
kann
können
können
könnt

Slide 11 - Sleepvraag