Spelling H3 - vt van sterke ww
1 / 13
Lesduur is: 25 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Waar of niet waar?
Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank .
Sterke werkwoorden veranderen in de verleden tijd van klank .
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van
een sterk werkwoord
een sterk werkwoord
Slide 5 - Woordweb
Zet het ww in de verleden tijd:
Ik ga zwemmen.
Ik ga zwemmen.
Slide 6 - Open vraag
Zet het ww in de verleden tijd
De winkeliers verkopen in deze tijd helaas niet zoveel.
De winkeliers verkopen in deze tijd helaas niet zoveel.
Slide 7 - Open vraag
Zet het ww in de verleden tijd.
Tijdens de boottocht wordt hij zeeziek.
Tijdens de boottocht wordt hij zeeziek.
Slide 8 - Open vraag
Zet het ww in de verleden tijd
De dominosteentjes vallen één voor één om.
De dominosteentjes vallen één voor één om.
Slide 9 - Open vraag
Verbeter de fout.
Hij hielt de kant vast.
Hij hielt de kant vast.
Slide 10 - Open vraag
Verbeter de fout.
Wij viellen over de tegel.
Wij viellen over de tegel.
Slide 11 - Open vraag
Verbeter de fout.
Hij werdt boos.
Hij werdt boos.
