§1 en §2 Gletsjers en rivieren.

De kracht van gletsjers
Waar ontstaan gletsjers? 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De kracht van gletsjers
Waar ontstaan gletsjers? 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Gletsjers in de Alpen
Oostenrijk en Zwitserland
Hoog in de bergen.
Veel sneeuw, niet alles smelt weg in de zomer.
De laag wordt dikker en dikker.
Onderste laag wordt ijs door de hoge druk.

Slide 3 - Tekstslide

Wat neemt een gletsjer mee?

Slide 4 - Woordweb

Wat is juist? A of B?
A
Een gletsjer schuurt een V-dal uit
B
Een gletsjer schuurt een U-dal uit
C

Slide 5 - Quizvraag

Wat neemt een gletsjer mee?
Noem minstens 3 sooorten sediment?

Slide 6 - Open vraag

Hoe wordt gletsjerpuin ook genoemd?

Slide 7 - Open vraag

wat is een ijstijd?

Slide 8 - Woordweb

Door klimaatverandering smelten gletsjers en kun je U-dalen steeds beter zien. Kies A of B
A
Ja want gletsjers worden kleiner doordat meer ijs afsmelt.
B
Nee, die U-dalen waren altijd al goed te zien.

Slide 9 - Quizvraag

Par. 2 De kracht van rivieren.

Slide 10 - Tekstslide

Rivier bestaat uit 3 delen.
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop

Slide 11 - Tekstslide

Kenmerken bovenloop
  • Klein
  • stroomt snel want er is veel reliëf.
  • neemt mee: grote stenen, grind, zand en klei
  • veel erosie
  • schuurt een V-dal uit

Slide 12 - Tekstslide

Kenmerken middenloop
vul zelf 3 kenmerken in

Slide 13 - Open vraag

Kenmerken benedenloop

Slide 14 - Woordweb

Stroomgebied
Elk rivier heeft een eigen stroomgebied.  Het gebied van waaruit water naar een rivier stroomt, noem je het stroomgebied.

Slide 15 - Tekstslide

Waarom is het stroomgebied van de Rijn groter dan dat van de Maas?

Slide 16 - Open vraag

rivier wordt gevoed door:
1. neerslag = regenrivier
2. neerslag en smeltwater = gemengde rivier
3. door smeltwater = gletsjerrivier

Slide 17 - Tekstslide

Waterkringloop

Slide 18 - Tekstslide