loopgravenoorlog


Loopgravenoorlog
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Loopgravenoorlog

Slide 1 - Tekstslide

Gif - They shall not grow old
Leerdoelen 7.2

  • Waarom het lastig was om land te veroveren tijdens de loopgravenoorlog
  • Nieuwe wapens die tijdens de Eerste Wereldoorlog werden ingezet. 


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie vochten er tegen elkaar in de Eerste Wereldoorlog?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onstaan
  • De wapens zijn zo krachtig geworden
  • Loopgraven zorgen voor meer beschutting
  • In totaal wordt er aan het Westfront 40.000km aan loopgraven aangelegd

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zandzakken waren gevuld met aarde en modder, en waren bedoeld om de soldaten te beschermen
Naarmate de oorlog langer duurde, was er ook steeds minder (goed) eten.
Als de soldaten niet hoefden te vechten, speelden ze bijvoorbeeld met kaarten.
Behalve de vijand hadden de soldaten veel last van ongedierte, zoals ratten en vlooien. Sommige soldaten kwamen de tijd tussen de gevechten door met het doden van ratten.
Honden hielden de soldaten niet alleen gezelschap, ze bezorgden ook boodschappen tussen de verschillende loopgraven.
Soldaten konden vaak alleen maar overdag slapen, omdat 's nacht een goed moment was om de loopgraven van de vijanden te bespioneren. 
Met een periscoop konden de soldaten de vijand bekijken, zonder grote risico's te nemen. Een periscoop werkt met spiegels.
Er zijn duizenden brieven en dagboeken van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog bewaard gebleven.
Voor de veiligheid van de soldaten waren de loopgraven in zigzag-vorm.
Tussen de Noordzee en de Zwitserse grens (Westfront) wordt 40.000km aan loopgraven aangelegd.
Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland.
Op wacht staan was één van de belangrijkste taken die je kon krijgen. Op het in slaap vallen tijdens de wacht stonden zeer zware straffen.
Behalve vechten en wacht houden, waren er nog genoeg andere vervelende klusjes in een loopgraaf, zoals zandzaken bijvullen, prikkeldraad repareren of het leegmaken van de latrines (wc's)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Generaals geloven dat massale aanvallen vanuit de loopgraven effectief zijn. Dit is maar zelden het geval: soldaten worden kannonenvoer

  • Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zandzakken waren gevuld met aarde en modder, en waren bedoeld om de soldaten te beschermen
Naarmate de oorlog langer duurde, was er ook steeds minder (goed) eten.
Als de soldaten niet hoefden te vechten, speelden ze bijvoorbeeld met kaarten.
Behalve de vijand hadden de soldaten veel last van ongedierte, zoals ratten en vlooien. Sommige soldaten kwamen de tijd tussen de gevechten door met het doden van ratten.
Honden hielden de soldaten niet alleen gezelschap, ze bezorgden ook boodschappen tussen de verschillende loopgraven.
Soldaten konden vaak alleen maar overdag slapen, omdat 's nacht een goed moment was om de loopgraven van de vijanden te bespioneren. 
Met een periscoop konden de soldaten de vijand bekijken, zonder grote risico's te nemen. Een periscoop werkt met spiegels.
Er zijn duizenden brieven en dagboeken van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog bewaard gebleven.
Voor de veiligheid van de soldaten waren de loopgraven in zigzag-vorm.
Tussen de Noordzee en de Zwitserse grens (Westfront) wordt 40.000km aan loopgraven aangelegd.
Het gebied tussen de loopgraven wordt in vier jaar tijd compleet omgeploegd. Er ontstaat een niemandsland.
Op wacht staan was één van de belangrijkste taken die je kon krijgen. Op het in slaap vallen tijdens de wacht stonden zeer zware straffen.
Behalve vechten en wacht houden, waren er nog genoeg andere vervelende klusjes in een loopgraaf, zoals zandzaken bijvullen, prikkeldraad repareren of het leegmaken van de latrines (wc's)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De linies in de loopgraven
Binnen in een loopgraaf. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe wapens
  • Om de loopgravenoorlog te doorbreken worden uitvindingen gedaan die zorgen voor nieuwe wapens.


De Eerste Wereldoorlog wordt
'de oorlog van de uitvinders'

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Kanonnen







  • Kanonnen zorgen voor de meeste doden en gewonden in de Eerste Wereldoorlog.
  • Geen kogel, maar granaat

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


2. Gifgas







  • Gifgassen moesten ervoor zorgen dat de vijand, in paniek, de loopgraven zouden verlaten
  • De meeste gasaanvallen waren door het gebruik van gasmaskers steeds minder dodelijk voor de soldaten, maar zorgde voor brandwonden, tijdelijke blindheid en angst.

Slide 14 - Tekstslide

gif - they shall not grow old

3. Luchtschepen



  • Behalve voor observatie werden Zeppelins (type Duitse luchtschepen) ook gebruikt voor bombardementen


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


4. Vliegtuigen




  • De wereld beleeft de eerste luchtgevechten en bombardementen.
Royal Aircraft Factory R.E.8 (serial number B2258) and a Nieuport Scout (serial number B6821) biplanes at St. Omer Aerodrome at night, 19 December 1917.

Colour by RJM

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


5. Vlammenwerpers



  • Net als gifgas moet de vlammenwerper voor paniek bij de vijand zorgen.
  • Brandende benzine wordt, soms over afstanden van honderden meters, over het slagveld gespoten

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


6. Tanks



  • Hoe kom je levend bij de loopgraven van de vijand? Bouw een rijdend stalen harnas om je heen!

A 'Fund Raiser' stands on top of a Mk IV Tank (Nº130 'Nelson') during a rally to promote war bonds, in London's Trafalgar Square.
December 1917.
(Nb. the tank was to remain in the Square for two weeks)
(The view in this photo shows a wall where now stands the north steps leading up to the National Gallery)

After being introduced into the First World War battle arsenal, tanks were taken on a tour of the country to encourage people to invest money in them as part of the war bonds appeal.

The tank-led victory at Cambrai in November 1917, with an advance of more than five miles on a front of six miles, quickly resulted in two tanks being sent to Trafalgar Square to drum up interest.

The success of these two tanks in persuading people to invest in these 'war winners', as Prime Minister Lloyd George described tanks, quickly led to Tank Weeks across the country as towns and cities vied with each other to raise ever higher amounts in subscriptions in War Bonds and War Savings Certificates.

There were eventually six touring tanks involved;
Tank 113 "Julian"
Tank 119 "Old Bill"
Tank 130 "Nelson"
Tank 137 "Drake"
Tank 141 "Egbert"
Tank 142 "Iron Ration"

There were more than 150 of these events across the country, with Glasgow raising the highest amount – £14,500,000.

Colourised by Royston Leonard
A German A7V Sturmpanzerwagen (Nº504 "Schnuck") of Abteilung 2.
Captured by the New Zealand Division at Frémicourt, Nord-Pas-de-Calais on the 31 August 1918 (photo taken 18/9/18).
The A7V had a crew of 18 men and was powered by two 100hp Daimler engines. It was armed with one 57mm Gun and six machine guns.
"Schnuck" was displayed in London on Horse Guards Parade in 1918/19 and given to the Imperial War Museum in 1919 but disposed of in 1922 with only the main gun kept.
(Nb. "Schnuck" was a Hybrid, combining the vehicles Nº504 and Nº544)
In some ways the A7V was a better tank than the British Mark IV, it had two engines which gave it more power and a top speed of 8 mph (12km/h) and was protected by 30 mm (1 3/16 inch) armour. In other ways, however, it was inferior: its high centre of gravity made it somewhat unstable over rough terrain and it could only traverse trenches under 6 feet (1.82 meters) across. The Germans did not have a lot of confidence in their own tanks, only about 20 A7V's were built, and they preferred to use captured Mark IV's. In fact the German army was so enamoured with the British Mark IV tank that the High Command ordered a German tank to be built based on the Mark IV design, which gave birth to the A7V/U. It had all-round tracks like the British machine, but kept all the internal components of the old A7V. Still, only a prototype was ever built.
Color by Leo Courvoisier
French Renault FT17 tanks pass American troops as they move towards the front at Valpries Farm near Juvigny, France, 1918.

The French FT17 was one of the most revolutionary tank designs in History. It was the first tank to ever feature its armament in a 360' degree rotating turret while its layout; crew compartment at the front, engine compartment at the rear and armament in turret became and still is the accepted standard layout for tanks to this day.

In excess of 3000 FT17 tanks were produced, most of which in the year 1918 and saw their battlefield debut on the 31st May of the same year during the Second Battle of Marne.

The tanks were massively successful and following the end of the First World War saw service with the armed forces of many other countries including (but not limited to) Belgium, Poland, Czechoslovakia and Spain as well as other countries as far afield as Brazil, Japan, China and Afghanistan.

The French Army still had over 500 FT17 tanks in active service in 1940 at the time of the German invasion during the opening years of the Second World War. A large number of these tanks were captured by the Germans and despite their battlefield obsolescence still found service in roles such as Airfield Defence and Occupational patrols.

Colour by Joshua Barrett

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke landen zijn de Centralen?
A
Duitsland, Italië en Frankrijk
B
Duitsland, Italië en Oostenrij-Hongarije
C
Duitsland, Engeland en Frankrijk
D
Engeland, Frankrijk en Rusland

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke landen zijn de Geallieerden?
A
Duitsland, Italië en Frankrijk
B
Duitsland, Italië en Oostenrij-Hongarije
C
Duitsland, Engeland, en Frankrijk
D
Engeland, Frankrijk en Rusland

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 2 nieuwe wapens die werden gebruikt tijdens WO1

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maken 3.2

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies