Les 5. Herhaling vorige lessen en KLUCS

Epilepsie ontstaat meestal na het 25e levensjaar?
A
juist
B
onjuist
1 / 20
volgende
Slide 1: Quizvraag
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Epilepsie ontstaat meestal na het 25e levensjaar?
A
juist
B
onjuist

Slide 1 - Quizvraag

Bij een epileptische aanval worden er veel teveel prikkels in 1x doorgegeven
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Epilepsie is een ziekte
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Mensen met epilepsie doen minder aan sport dan mensen zonder epilepsie
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Sporten en epilepsie; 
Epilepsie in een symtoom, geen ziekte

Ongeveer 45% van de mensen met epilepsie doet aan sport, terwijl dit rond de 65% ligt bij mensen zonder beperking. 

Vooral angst houdt deze mensen tegen, maar dit is in de meeste gevallen onnodig.

Het verdrinkingsgevaar is ongeveer 3 a 4 keer zo groot. 


Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn de motorische basisvaardigheden/ algemene conditie?

Slide 6 - Woordweb

Wanneer pas je de motorische basisvaardigheden toe?

Slide 7 - Woordweb

Als je 15 minuten gaat wandelen
met bejaarden, mag je dit dan een training noemen? Waarom?

Slide 8 - Woordweb

Wat moet je vooraf weten voordat je met cliënten gaat sporten?

Slide 9 - Woordweb

Beginniveau en dus de belastbaarheid 

Eventuele blessures 

Eventueel medicijngebruik 


Slide 10 - Tekstslide

Welke definitie is dit?

Het regelmatig, systematisch, progressief toedienen van belastingprikkels met als doel het prestatievermogen te verhogen!

Slide 11 - Woordweb

Model positieve gezondheid:
Erbij horen valt onder?
A
meedoen
B
zingeving
C
kwaliteit van leven
D
mentaal welbevinden

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de 75-25 regel?
A
Dit heeft met de BMI te maken. 75% van de mensen zijn te dik en 25% niet.
B
Dit heeft met BMI te maken, 75% van de mensen is slank en 25% te dik.
C
Dit heeft met voeding te maken, 25% gezond eten en 75% wat minder gezond
D
Dit heeft te maken met voeding, 75% gezond en 25% wat minder.

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn welvaartsziekten?
Noem er 2

Slide 14 - Woordweb

.... is doodsoorzaak nummer 1 in de westerse wereld. Wat moet er op de puntjes komen te staan?
A
Kanker
B
hart en vaatziekte
C
hoge bloeddruk
D
overgewicht

Slide 15 - Quizvraag

Wat is er aan de hand bij osteoporose?
A
botontkalking
B
gewrichtsontkalking
C
insuline ongevoeligheid
D
jicht

Slide 16 - Quizvraag

Wat helpt tegen osteoporose?

Slide 17 - Woordweb

Welke omschrijft didactiek?
A
praatje, plaatje, daadje
B
plaatje, praatje, daadje
C
daadje, praatje, plaatje
D
daadje, plaatje, praatje

Slide 18 - Quizvraag

Omschrijf in eigen woorden wat praatje, plaatje en daadje inhouden?

Slide 19 - Woordweb

Praktijk 

Slide 20 - Tekstslide