Les 2 (Vestings) Plaats

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GroenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Hoofstuk 2: (Vestigings) Plaats

Slide 2 - Tekstslide

Programma les 2
  • Terugblik vorige les
  • Leerdoelen vandaag
  • Theorie:
  • Vestigingsplaats
  • Vestigingsplaatsonderzoek
  • Verzorgingsgebied, toevloeiing en afvloeiing
  • Opdracht  opdrachten uit hoofdstuk 2
  • Inleveren uiterlijk 2 juni op It’s Learning
  • Evaluatie

Slide 3 - Tekstslide

Wat is marketing?
Marketing:
‘Alle activiteiten die een ondernemer onderneemt om tegemoet te komen aan de wensen en de behoefte van de klant’
‘Het principe dat je handelingen afgestemd zijn op wat de cliënt wil’

Het veroveren van de markt (hoe verkrijg je een marktaandeel)

In het woord ‘marketing’ zit het woord ‘markt’ verborgen.
Elk bedrijf doet aan marketing: profit en non-profit
Iedereen in het bedrijf doet mee aan marketing
Marketing en online-marketing




Slide 4 - Tekstslide

Marketingmix: 6 P’s
Marketingmix : combinatie van verschillende marketinginstrumenten (retailmix)
Alle instrumenten beïnvloeden elkaar. Ze helpen elkaar en zijn dus niet 6 losse onderdelen.
  • Plaats
  • Promotie
  • Personeel
  • Presentatie
  • Product
  • Prijs


Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik weet wat wordt met een vestigingsplaats
Ik kan uitleggen van een verzorgingsgebied is
Ik kan het belang van een vestigingsplaatsonderzoek benoemen
Ik ken de drie onderdelen van een vestigingsplaatsonderzoek
Ik weet wat het begrip omzetpotentieel inhoudt
Ik weet wat het begrip bevolkingspotentieel is met de onderdelen toevloeiing en afvloeiing
Ik weet welke partijen info kunnen geven inzake de analyse van de consumenten
Ik weet wat een winkelformule is
Ik ken de onderdelen van een concurrentieanalyse
Ik weet met welke wetgeving en overheidseisen de ondernemer te maken krijgt

Slide 6 - Tekstslide

Vestigingsplaats

Slide 7 - Tekstslide

Vestigingsplaats
(Vestigings) Plaats is een belangrijke P uit de marketingmix
  • Je moet vindbaar zijn voor je doelgroep/klanten -->  Is de keuze van de vestigingsplaats van een supermarkt dezelfde als van een dierenarts?
Afhankelijk van het verzorgingsgebied;  Dit is het gebied waarop het bedrijf invloed kan uitoefenen.
Vestigingsplaats: adres, de inrichting en de omgeving
  • De inrichting van de winkel en de buitenkant van de winkel
  • Andere winkels in de buurt
  • Parkeergelegenheid
  • Schone en aantrekkelijke omgeving
Internet maakt het verzorgingsgebied(marktgebied)  groter. De vestigingsplaats wordt minder belangrijk



Slide 8 - Tekstslide

Vestigingsplaats
De ondernemer investeert en maakt hiervoor hoge kosten. Hoe bepaalt de ondernemer waar hij zich het beste vestigt?

Vestigingsplaatsonderzoek is nodig:
  • Een analyse van de consumenten
  • Een analyse van de concurrentie
  • Een analyse van wetgeving en overheidseisen

Slide 9 - Tekstslide

Analyse van de consumenten
Is vestiging op een gekozen plek haalbaar? 
Gaat de ondernemer voldoende verkoop realiseren? 
Zijn er voldoende klanten en hebben die klanten voldoende koopkracht?


Te onderzoeken onderdelen zijn:
  • de grootte van het verzorgingsgebied (o.a. Gemeente)
  • het aantal en de soort van de daar aanwezige huizen met de gemiddelde gezinsgrootte (o.a. CBS)
  • het omzetpotentieel (combi CBS en DIBEVO)

Slide 10 - Tekstslide

Analyse van de consumenten
Bevolkingspotentieel: aantal inwoners van het verzorgingsgebied
  • Aantal inwoners + toevloeiing - afvloeiing






Omzetpotentieel  Wat kan er mogelijk verdiend worden (CBS en DIBEVO)








Slide 11 - Tekstslide

Analyse van de concurrentie
Het omzetpotentieel zul je als ondernemer delen met eventuele concurrenten. Daarom wil de ondernemer meer weten van de concurrent. ‘Heeft het zin dat ik me als ondernemer hier vestig? Heb ik bestaansrecht naast mijn concurrenten?’

Concurrentieanalyse is een vorm van onderzoek waarbij wordt gekeken naar:
  • Wie zijn de concurrenten?
  • Hoe groot is de afstand tussen de concurrenten?
  • Wat voor type concurrent is het?
  • Hoe is de winkelformule van de concurrentie?
  • Hoe groot is het verkoopoppervlakte (vvo) van de concurrent?
  • Hoe groot is hun omzet en marktaandeel?



Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld winkelformule 
Winkelformule: de manier waarop een winkel zijn producten aanbiedt aan de klant



 

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld concurrentie analyse 

Slide 14 - Tekstslide

Een analyse van wetgeving en overheidseisen
Bij vestiging heb je te maken met wetten en regels. De gemeente, Kamer van Koophandel en overheid kunnen de ondernemer adviseren
Lokale overheid:
  • Invloed op het marketingbeleid
  • Bijv. veranderen van de verkeerssituatie
  • Openingstijden en koopzondagen
  • Omgeving voor bijvoorbeeld laden en lossen en nieuwbouw
  • Bestemmingsplan van de gemeente
Landelijk niveau/regering
  • Bijv. de economische situatie
  • Regering beslist bijvoorbeeld over belastingen, sociale wetgevingen
Internationalisatie
  • In Europa gelden veel regels/wetten. De regels die wij stellen moeten in overeenstemming zijn met andere landen uit de Europese Unie.


Slide 15 - Tekstslide

Opdracht
  • Lees hoofdstuk 2 goed door en bekijk de PPP nogmaals
  • Maak de opdrachten op blz. 12
  • Lever deze uiterlijk 2 juni in op It’s Learning

Slide 16 - Tekstslide

Evaluatie
  • Ik weet wat wordt met een vestigingsplaats
  • Ik kan uitleggen van een verzorgingsgebied is
  • Ik kan het belang van een vestigingsplaatsonderzoek benoemen
  • Ik ken de drie onderdelen van een vestigingsplaatsonderzoek
  • Ik weet wat het begrip omzetpotentieel inhoudt
  • Ik weet wat het begrip bevolkingspotentieel is met de onderdelen toevloeiing en afvloeiing
  • Ik weet welke partijen info kunnen geven inzake de analyse van de consumenten
  • Ik weet wat een winkelformule is
  • Ik ken de onderdelen van een concurrentieanalyse
  • Ik weet met welke wetgeving en overheidseisen de ondernemer te maken krijgt

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide