In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
2MAVO
Grandes lignes chapitre 1
Slide 1 - Tekstslide
- De présent
- De passé composé - Vocabulaire
- Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 2 - Tekstslide
Le présent Welke tijd is dit en wat is de regel?
Slide 3 - Woordweb
Wat zijn de uitgangen van de présent? (regelmatige werkwoorden -er)
Slide 4 - Open vraag
Kies de juiste vervoeging in van "aimer" Vous ..... la plage?
A
aime
B
aimons
C
aimez
D
aiment
Slide 5 - Quizvraag
Vertaal het werkwoord tussen haakjes en vul de juiste vervoeging in:
Tu (wonen) ........ à Paris?
Slide 6 - Open vraag
De passé composé Welke tijd is dit en wat is de regel? Wat hebben we hiervoor ook al weer nodig?
Slide 7 - Woordweb
Vul de juiste vervoeging in van "avoir" 1. Hier, nous ...... dansé au café. 2. Sophie ..... donné son numéro de portable.
Slide 8 - Open vraag
Zet het werkwoord tussen haakjes in de passé composé:
1. Je/J' (rencontrer) ..... ..... mon ami dans sa nouvelle maison. 2. Tu (aimer) ..... ..... ma nouvelle maison?
A
1. avoir rencontré
2. avoir aimé
B
1. ai rencontré
2. as aimé
C
1. as rencontré
2. ai aimé
D
1. ai aimé
2. as rencontré
Slide 9 - Quizvraag
Het bijvoeglijk naamwoord
https://www.youtube.com/watch?v=XhEW2DlBpQE
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het bijvoeglijk naamwoord en bij welke zelfstandig naamwoord hoort het? 1. Ma copine est italienne. 2.. Elle habite dans une belle villa près de la mer.
Slide 11 - Open vraag
Wat is de juiste vorm?
Mes parents ont acheté une beau / belle maison.
A
beau
B
belle
Slide 12 - Quizvraag
Vul de juiste vorm in:
1. J'ai une (grand) ..... soeur. 2. Mon ami a deux (petit) ..... frères.