Het Naturalisme in Nederland
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Introduceer het leerdoel van de les aan de studenten.
Wat weet je al over het Naturalisme in Nederland?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Geef een korte uitleg over het Naturalisme. Vraag de studenten om voorbeelden te noemen van literatuur die ze hebben gelezen die deze kenmerken hebben.
Slide 5 - Tekstslide
Leg uit hoe het Naturalisme in Nederland zich onderscheidde van het Naturalisme in andere landen. Laat de studenten voorbeelden geven van Nederlandse Naturalistische literatuur.
Slide 6 - Tekstslide
Laat de studenten meer leren over deze schrijvers. Wijs studenten op de belangrijke rol die deze schrijvers speelden in de Nederlandse literatuurgeschiedenis.
Wie zijn belangrijke schrijvers in het Nederlandse Naturalisme?
A
Johannes Vermeer, Rembrandt van Rijn en Vincent van Gogh.
B
Erasmus, Hugo de Groot en Baruch Spinoza.
C
Simon Vestdijk, Harry Mulisch en Gerard Reve.
D
Louis Couperus, Marcellus Emants en Frederik van Eeden.
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wanneer werd Naturalisme in Nederland voornamelijk beoefend?
A
Midden 19e eeuw.
B
20e eeuw.
C
Late 19e en vroege 20e eeuw.
D
Late 18e en vroege 19e eeuw.
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is het doel van het Naturalisme?
A
Romantische idealisering tonen.
B
Objectiviteit en realisme zonder idealisering tonen.
C
Objectiviteit en realisme met idealisering tonen.
D
Alleen realisme tonen.
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 10 - Tekstslide
Leg deze kenmerken uit en vraag studenten om voorbeelden te geven van hoe deze kenmerken voorkomen in Naturalistische literatuur.
Slide 11 - Tekstslide
Vraag de studenten om te bespreken hoe het Naturalisme de literatuurgeschiedenis heeft beïnvloed en wat de implicaties zijn van deze invloed.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 14 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
