Natuurrampen

Natuurrampen
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Natuurrampen

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet jij al over natuurrampen?

Slide 2 - Woordweb

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les weet ik wat een aardbeving is en hoe deze ontstaat.
  • Aan het einde weet ik wat een vulkaan is en hoe deze tot uitbarsting komt.
  • Aan het einde van de les weet ik wat tornado's en orkanen zijn en wat het verschil is tussen deze twee verschijnselen.

Slide 3 - Tekstslide

Kijkvragen
  • Noem drie manieren waarop een aardbeving kan ontstaan.
  • Wat doet een seismograaf?
  • Wat is een epicentrum?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

- Noem drie manieren waarop een aardbeving kan ontstaan.
- Wat doet een seismograaf?
- Wat is een epicentrum?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Welke zin klopt?
A
Het midden van de aardbol is keihard.
B
Aardplaten bewegen door de wind.
C
De aardkorst bestaat uit één stuk.
D
Een slak beweegt sneller dan een aardplaat

Slide 8 - Quizvraag

Wist je dat....
De zwaarste aardbeving in Nederland was
in 1992. Hij had een kracht van 5,8 op de
schaal van Richter en was het sterkst te
voelen in Roermond.

Slide 9 - Tekstslide

Kijkvragen
  • Welke soorten vulkanen zijn er?
  • Wat gebeurt er als er steeds meer magma en gassen vrijkomen?
  • Wat doet een vulkanoloog? 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

- Welke soorten vulkanen zijn er?
- Wat gebeurt er als er steeds meer magma en gassen vrijkomen?
- Wat doet een vulkanoloog? 

Slide 12 - Tekstslide

Wist je dat...
De beroemdste uitbarsting aller tijden waarschijnlijk die van de vulkaan Vesuvius bij Napels in Italië, in 79 na Christus is? Toen de berg op 24 augustus begon te schudden, werden de bewoners van de Romeinse steden Pompeï en Herculaneum volledig verrast. Hete as regende urenlang op Pompeii neer, tot de stad onder een metersdikke laag bedolven was. Iedereen die zich in de stad bevond, werd overvallen door een grote stormvlaag van as en gas. De bedolven steden werden bijna vergeten, tot in de 18e eeuw een begin werd gemaakt met de opgravingen.

Slide 13 - Tekstslide

Welke vulkaan zie je op IJsland?
A
Stratovulkaan
B
Spleetvulkaan

Slide 14 - Quizvraag

Kijkvragen
  • Waar ontstaan orkanen?
  • Hoe kan het dat een orkaan gaat draaien?
  • Waar waait het het hardst? Hoe hard?
  • Wanneer wordt een naam met pensioen gestuurd? 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

- Waar ontstaan orkanen?
- Hoe kan het dat een orkaan gaat draaien?
- Waar waait het het hardst? Hoe hard?
- Wanneer wordt een naam met pensioen gestuurd? 

Slide 17 - Tekstslide

Verschil orkaan en tornado
 Een orkaan kan je het beste zien als een gebied met op grote schaal veel regen en veel wind. Een tornado is een wervelwind van meestal enkele tientallen tot enkele honderden meters breed. Hij is zichtbaar als ‘slurf’ en komt soms voor bij zeer sterke onweersbuien.

Slide 18 - Tekstslide

Waar of niet waar?
Orkanen ontstaan boven land.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Het zeewater moet minstens 27 graden zijn voordat
een orkaan kan ontstaan.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Orkanen gaan draaien door draaikolken in zee.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Een orkaan kan honderden kilometers lang zijn.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Wist je dat...
Meteorologen (weerdeskundigen) 
informatie verzamelen via weersatellieten over de
vorming van wolken, temperatuurverschillen
en windsnelheden. Zo weten ze het als er een orkaan
ontstaat.

Slide 23 - Tekstslide

Uitleg circuit

Opdracht 1: tornado tekenen met wasco.
Opdracht 2: tekst samenvatten.
Opdracht 3: kaarten zoeken in atlas.
Opdracht 4: proefje vulkaan. 
  

 

Slide 24 - Tekstslide

Groepjes
Groep 1: Zahlia, Sten, Lizzy, Levi & Liam
Groep 2: Robin, Ksawery, Pia, Alex & Gianna
Groep 3: Xavi, Asyed, Gijs, Timmi & Sara
Groep 4: Lars, Sadiq, Milan, Stella & Jillian



Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Wat heb ik geleerd?

Slide 27 - Woordweb

Wat vond ik van de middag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll