In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
verkennend lezen H4, blz. 181
Slide 1 - Tekstslide
welke stappen kun je doen als je wil weten waar een tekst over gaat?
Slide 2 - Woordweb
Verkennend lezen
Slide 3 - Tekstslide
Vul in: wat is het onderwerp van een tekst
Slide 4 - Woordweb
Weet je het verschil tussen een hoofdgedachte en het onderwerp van een tekst?
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quizvraag
vul in: welke stappen volg je bij het verkennend lezen
Slide 6 - Woordweb
Slide 7 - Video
Een onderwerp omschrijf je altijd zo kort mogelijk.
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quizvraag
Hoe omschrijf je de hoofdgedachte van een tekst?
A
Zo kort mogelijk
B
Je omschrijft de hoofdgedachte in één zin.
Slide 9 - Quizvraag
Uit welke drie onderdelen is een tekst opgebouwd?
Slide 10 - Open vraag
Een inleiding staat altijd aan het begin van een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Een tekst kan uit meerdere kernalinea's bestaan.
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quizvraag
Het slot staat altijd onderaan een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Een deelonderwerp hoort bij de kern van een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Kritische
vraag
Inhoudelijke
vraag
Wat is de bron van de tekst?
Komt de bron van een betrouwbare website?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat kun je zeggen van het taalgebruik van deze tekst?
Vind je dit een betrouwbare tekst?
Slide 15 - Sleepvraag
Hoofd- en bijzaken
Als je een tekst gaat samenvatten, is het belangrijk om onderscheid te maken tussen hoofd- en bijzaken. De hoofdzaken zijn de belangrijkste zaken uit een tekst, de bijzaken zijn zaken die je kunt weglaten.
Slide 16 - Tekstslide
Hoe vind je een hoofdzaak in een tekst?
A
Door voorbeelden op te schrijven.
B
Door de uitleg op te schrijven.
C
Door de grappige weetjes op te schrijven.
D
Door de titel, inleiding en deelonderwerpen te lezen.