In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Nederlands
Nederlands
Slide 1 - Tekstslide
Waar vind ik het onderwerp van een tekst ? (Meestal)
A
In de tekst
B
In de titel
C
In de samenvatting
D
Door alle moeilijke woorden achter elkaar te noteren.
Slide 2 - Quizvraag
Help, een moeilijk woord. Welke 3 stappen onderneem ik om de betekenis te vinden...
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Video
Een onderwerp omschrijf je altijd zo kort mogelijk.
A
Ja
B
Nee
Slide 5 - Quizvraag
Hoe omschrijf je de hoofdgedachte van een tekst?
A
Zo kort mogelijk
B
Je omschrijft de hoofdgedachte in één zin.
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Video
Feit
Mening
Ik vind jouw trui mooi
Hij draagt elke dag een groen t-shirt.
Mijn kat heeft Neliz.
Mijn paard kan goed draven.
Deze klas is de leukste klas ooit!
Het proefwerk gaat over lezen 4.
Slide 8 - Sleepvraag
Wat is subjectief?
Slide 9 - Open vraag
Wat is objectief?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Video
Objectief
Subjectief
Een mening
Een feit
Een mooi huis.
Een lief zusje.
De vriendelijke reus.
Nederlands is saai.
Sneeuw is wit.
Nederland heeft een koning.
Slide 12 - Sleepvraag
Uit welke drie onderdelen is een tekst opgebouwd?
Slide 13 - Open vraag
Een inleiding staat altijd aan het begin van een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Een tekst kan uit meerdere kernalinea's bestaan.
A
Ja
B
Nee
Slide 15 - Quizvraag
https:
Slide 16 - Link
Het slot staat altijd onderaan een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 17 - Quizvraag
Een deelonderwerp hoort bij de kern van een tekst.
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quizvraag
https:
Slide 19 - Link
Noem de twee deelonderwerpen.
Slide 20 - Open vraag
https:
Slide 21 - Link
Kritische
vraag
Inhoudelijke
vraag
Wat is de bron van de tekst?
Komt de bron van een betrouwbare website?
Wat is het tekstdoel van deze tekst?
Wat kun je zeggen van het taalgebruik van deze tekst?
Vind je dit een betrouwbare tekst?
Slide 22 - Sleepvraag
Hoofd- en bijzaken
Als je een tekst gaat samenvatten, is het belangrijk om onderscheid te maken tussen hoofd- en bijzaken. De hoofdzaken zijn de belangrijkste zaken uit een tekst, de bijzaken zijn zaken die je kunt weglaten.
Slide 23 - Tekstslide
Hoe vind je een hoofdzaak in een tekst?
A
Door voorbeelden op te schrijven.
B
Door de uitleg op te schrijven.
C
Door de grappige weetjes op te schrijven.
D
Door de titel, inleiding en deelonderwerpen te lezen.