Glyco/genese en Gluco/neo/genese
Glycogenese: (glyco = glycogeen; genese = vorming) is het proces dat zorgt voor de vorming van glycogeen. Glucose wordt door middel van het hormoon insuline omgezet in glycogeen. Glycogeen wordt vooral opgeslagen in de lever en skeletspieren. Hierdoor gaat de bloedsuikerspiegel dalen. Op een later tijdstip wanneer de bloedsuikerspiegel onder een drempelwaarde komt, vindt het omgekeerde proces plaats (glycogenolyse).
Gluconeogenese: (glu = glucose; neo = opnieuw; genese = vorming) is
het proces dat zorgt voor
het opnieuw vormen van glucose. Er wordt glucose uit niet-koolhydraatbronnen als aminozuren en glycerol gebruikt. De glycerine (ook glycerol genaamd) is van de afbraak van vetten.