Les 6 - Bijvoeglijk naamwoord - PVK

Nederlands
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Raad het voorwerp
Ik omschrijf een voorwerp.
Jullie moeten raden wat het is.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Grammatica

Slide 7 - Tekstslide

Doel van de les

Ik kan het bijvoeglijk naamwoord in de zin vinden.
Ik kan een bijvoeglijk naamwoord verzinnen bij een znw. 

Slide 8 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord
Zegt iets over een zelfstandig naamwoord: geeft extra informatie.

Het bruine hondje.        (het zegt dat het hondje bruin is).

Het leuke schoolvak.
De schattige kinderen.
Een geweldig plan.
Een raar gesprek



Slide 9 - Tekstslide

Instructie
Mijn lieve oom staat in een lange rij.
De glimmende vloer is nieuw. 

WIJ
De oude vrouw bracht haar stinkende afval naar de container.
In de rieten mand liggen appels en die zijn heerlijk.
Mijn oudste zus heeft nagellak, de kleur is opvallend.


Slide 10 - Tekstslide

Opdracht
Zoek de bijvoeglijke naamwoorden in de zinnen.
Schrijf ze op.

Slide 11 - Tekstslide

De witte wolken dreven langs de blauwe lucht.

Slide 12 - Open vraag

De grote bruine kippen zijn ontsnapt, want hun hok is kapot.

Slide 13 - Open vraag

De gesloten school staat in een slechte wijk.

Slide 14 - Open vraag

De oude tafel valt bijna uit elkaar, want de schroeven zijn kapot.

Slide 15 - Open vraag

De snelle jongen schiet de glanzende voetbal in het kleine doeltje.

Slide 16 - Open vraag

Opdracht
Lees de zin goed.
Verzin een passend bijvoeglijk naamwoord.

Slide 17 - Tekstslide

De vogels maken nesten in de _______ bomen.

Slide 18 - Open vraag

De kunst in dit museum is ________.

Slide 19 - Open vraag

Onder de _______ brug ligt een fiets.

Slide 20 - Open vraag

Waar is jullie ______ hondje?

Slide 21 - Open vraag

De _________ jongen laat mij iets zien.

Slide 22 - Open vraag

Aan het werk.. 
Opdracht 1
Lees het verhaal en kleur de bijvoeglijke naamwoorden.
Het zijn er minimaal 34!

Opdracht 2
Bekijk de foto's en schrijf er een korte zin onder, zoals
De mooie auto.
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Evalueren

Ik kan het bijvoeglijk naamwoord in de zin vinden.
Ik kan een bijvoeglijk naamwoord verzinnen bij een znw. 

Slide 24 - Tekstslide

Afsluiting
Exit-ticket invullen

Slide 25 - Tekstslide