In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Trema, apostrof, accentteken en cedille
Spelling is niet alleen een thema
het bevat naast accenttekens ook het trema
Slide 1 - Tekstslide
Ben jij al bekend met deze leestekens?
Ja, ik weet wat dat is
Ooit wel iets van gehoord
Nee ik heb geen idee
Slide 2 - Poll
Noteer een woord waarin een trema voorkomt.
Slide 3 - Woordweb
Trema
Om te voorkomen dat klinkers in een woord samen worden uitgesproken
Voorbeeld: Kopieren -> kopiëren
Leenwoorden
Voorbeeld: patiënt
Slide 4 - Tekstslide
Is het porieen of poriën?
porieen
poriën
Slide 5 - Poll
Apostrof
-a, -o, -i, -y en -u
voorbeeld: paria's, auto's en Charina's tas
Slide 6 - Tekstslide
Apostrof
Het kan ook dienen als weglatingsteken
voorbeeld: 's avonds ('s Avonds)
Thomas' pet
Slide 7 - Tekstslide
Apostrof
Meervoud bij afkortingen en afleidingen
voorbeeld: cd'tje, wc's
Slide 8 - Tekstslide
Apostrof
Verkleinwoorden
voorbeeld: pony'tje
de uitzondering: cowboytje
Slide 9 - Tekstslide
Welk woord is goed geschreven
A
Autoos
B
Autoös
C
Autös
D
Auto's
Slide 10 - Quizvraag
Is 'cd'tje' correct gespeld?
Ja
Nee
Slide 11 - Poll
Accenten
Accent aigu verlengt de klank.
voorbeeld: café, soirée en hé
Ook kan het de klemtoon ergens op leggen.
voorbeeld: Ik heb niet twéé miljoen, maar ik heb drie miljoen.
Slide 12 - Tekstslide
Accenten
Accent grave vertraagt de klank
voorbeeld: crème de la crème, carrière
Slide 13 - Tekstslide
Accenten
Accent circonflexe gebruiken we voornamelijk bij woorden in het Frans, het komt in het Middelnederlands ook voor om aan te geven dat een letter is vervallen.
voorbeeld: crêpe
Slide 14 - Tekstslide
Cedille
Een cedille geeft de c een s-klank, maar dit is alleen wanneer hij voor een a, o of i staat.