Lezen H4 - Feiten, meningen en argumenten

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 2B

Vandaag...
- Stillezen
- Lezen H4


Huiswerk maandag 19 juni
- Maken: Lezen H4, opdracht 2 en 4




Leerdoelen
- Ik kan feiten, meningen en argumenten herkennen en begrijpen
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 2B

Vandaag...
- Stillezen
- Lezen H4


Huiswerk maandag 19 juni
- Maken: Lezen H4, opdracht 2 en 4




Leerdoelen
- Ik kan feiten, meningen en argumenten herkennen en begrijpen

Slide 1 - Tekstslide

Leerstof toetsweek
Je maakt voor Nederlands een leestoets.

Leerwerk:
- Lezen H4, blz. 90: Feiten, meningen en argumenten
- Lezen H5, blz. 116: Kritisch lezen
- Lezen H6, blz. 142: Tekst en publiek

Slide 2 - Tekstslide

Woordenschat
We bespreken samen de repetitie Woordenschat H4, H5, H6







Slide 3 - Tekstslide

timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel lezen hoofdstuk 4


-Ik kan feiten, meningen en argumenten herkennen en begrijpen


Slide 5 - Tekstslide

FEIT

- Uitspraak over iets wat waar of niet waar is

- Een feit kun je controleren


Voorbeeld van een feit:

De helft van de veertienjarigen in Nederland krijgt 

€50,00 kleedgeld per maand.


Je kunt controleren of dit waar is door in de krant te kijken of het op internet op te zoeken.

Slide 6 - Tekstslide

MENING (STANDPUNT)

- Wat iemand ergens van vindt

- Het is niet controleerbaar

-Je kunt het eens of oneens zijn



Voorbeeld van een mening:

Ik vind het goed dat jongeren kleedgeld krijgen.

Slide 7 - Tekstslide

ARGUMENT

- Een argument is een uitleg waarmee je een mening verdedigt.

- Je herkent een agument aan signaalwoorden als:

want, namelijk, omdat



Voorbeeld van een argument:

Ik vind het goed dat jongeren kleedgeld krijgen (mening), want dan leren zij met geld omgaan (argument).

Slide 8 - Tekstslide

Signaalwoorden
Je herkent een mening aan:
- Ik vind dat...
- Zij vindt dat...
- Ik ben van mening...
Je herkent een argument aan:
- Ik vind dit, omdat...
- Zij vindt zus, want...

Slide 9 - Tekstslide

Staat hier een feit, mening of argument?

Ik vind 'IT' een spannende film.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 10 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 11 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Als je te laat bent, dan moet je je melden.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 12 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Jesse Klaver moet de nieuwe minister president worden.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 13 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Hij heeft namelijk goede standpunten.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 14 - Quizvraag

Tekst 2: Recensie
- We lezen samen de tekst

- Onderstreep van iedere zin de kernzin en omcirkel moeilijke woorden

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht
Individueel - Lees de alinea en onderstreep de kernzin.


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Individueel - Lees de alinea en onderstreep de kernzin.

Samen - Leg de tekst in de goede volgorde. 
                - Maak van de kernzinnen een goedlopende 
                   samenvatting van de tekst (mag in Word).


Slide 19 - Tekstslide

Opdracht
Individueel - Lees de alinea en onderstreep de kernzin.

Samen - Leg de tekst in de goede volgorde. Maak van de kernzinnen een goedlopende samenvatting van de tekst (mag in Word).

Beantwoord de volgende vragen: 
- Waaruit bestaat de inleiding van deze tekst?
- Is er een duidelijk slot in deze tekst? Waarom wel / niet?
- Welke feiten en meningen vind je in alinea 8?

Slide 20 - Tekstslide

En nu...
- Maak opdracht 2 in je schrift.

Tijd over? 
- Lees tekst 5 voor jezelf door. 
- Onderstreep weer de kernzinnen en omcirkel moeilijke woorden.
- Zoek de betekenis op van de moeilijke woorden.
- Maak daarna opdracht 4.

Slide 21 - Tekstslide

En nu...
- Maak opdracht 2 in je schrift.

Tijd over? 
- Lees tekst 5 voor jezelf door. 
- Onderstreep weer de kernzinnen en omcirkel moeilijke woorden.
- Zoek de betekenis op van de moeilijke woorden.
- Maak daarna opdracht 4.

Slide 22 - Tekstslide

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 2B

Vandaag...
- Rep. Woordenschat bespreken
- Start Lezen H4


Huiswerk maandag 19 juni
- Maken: Lezen H4, opdracht 2 en 4




Leerdoelen
- Ik kan feiten, meningen en argumenten herkennen en begrijpen

Slide 23 - Tekstslide